‘Mijn 15-jarige zoon wil zijn telefoon niet inleveren bij het naar bed gaan’
Als ouder zit je regelmatig met vragen en kwesties rondom het opvoeden van je kinderen. J/M ouders geeft graag antwoord op al deze vragen in de rubriek ‘advies van de redactie.’ Dit keer is het onderwerp: het inleveren van de telefoon bij het naar bed gaan.
‘Mijn zoon van vijftien zit het liefst de hele dag op zijn mobiele telefoon. Nu hebben we de regel in huis dat onze kinderen zodra ze naar bed gaan hun telefoon bij ons moeten inleveren. Alleen weigert mijn zoon dat, wat voor veel ruzies en conflicten zorgt. Wat kunnen we het beste doen?
10x antwoord op de meest gestelde vragen over ruzie en kinderen
Advies van de redactie
In je vraag staat misschien wel de kern van het verzet van jullie 15-jarige zoon: ‘Onze kinderen moeten…’ Jullie hebben dit als ouders besloten en zo moet het nu gaan.
Pubers voelen zich al heel groot, denken heel goed te weten wat goed voor hen is en weten zeker wat ze graag zouden willen. Het afspraken maken met pubers werkt dan ook het beste als je je dit goed realiseert. Neem ze serieus en toon begrip voor hun wensen en ideeën. Luister er ook echt naar en kom samen tot een afspraak die wel werkbaar is. Dat voelt als ouder wellicht alsof je er dan geen grip meer op hebt en alsof je puber dan te veel ruimte krijgt, maar onze ervaring is dat dat juist andersom werkt.
Tips voor de telefoon inleveren bij het naar bed gaan
Een idee voor deze uitdaging:
- Jullie zoon is nu 15 jaar, een leeftijd waarop je hem op bijvoorbeeld dit gebied best wat verantwoordelijkheid kunt leren en geven. Daar is hij op zich oud genoeg voor en het kan een heleboel onenigheid schelen als jullie dat aandurven. Je kunt dit als uitgangspunt nemen van jullie gesprek. Jullie zijn het zat er steeds over te ruziën en willen graag naar een oplossing die voor iedereen goed en reëel is als je 15 jaar bent.
- Vraag vervolgens aan hem om goed na te denken over afspraken rondom zijn mobiele telefoon, die zowel voor jullie als voor hem aanvaardbaar zijn. Meld wat jullie belangrijk vinden (voldoende nachtrust, uitgerust op school, cijfers voldoende, enzovoort). En laat hem vervolgens – met dat in zijn achterhoofd – eens nadenken over hoe hij dat kan garanderen met andere afspraken. Hoe ziet hij dat voor zich? Wat zijn zijn argumenten om het anders te doen? Wat als dat hem niet lukt?
- Spreek een moment af dat jullie het er eens rustig over gaan hebben. Vanuit een open perspectief om het op te lossen. Neem er de tijd voor en luister eerst eens echt naar hem. Niet direct tegenargumenten geven of oordelen, niet negatief worden, maar luisteren, samenvatten en om verduidelijking vragen. Als je het op deze manier aanpakt zorgen pubers er heel vaak voor dat ze met heel goede afspraken komen; als ze namelijk te veel vragen komt hun plan er niet doorheen en dat risico wil een beetje slimme puber niet lopen.
- Geef vervolgens jullie ideeën aan, laat weten waar je je in kan vinden, waar je zorgen liggen en waar de grenzen. Geef hem weer de ruimte verder te denken en te reageren.
- Maak dan concrete afspraken over hoe het vanaf nu gaat. Bespreek daar ook goed de voorwaarden bij, en de eventuele positieve en negatieve consequenties. Bijvoorbeeld: hij mag twee weken lang laten zien hoe hij het doet en of dat binnen de afspraken en voorwaarden lukt. Dan evalueren jullie. Als het goed gaat, blijven de gemaakte afspraken in tact. Als het niet goed uitpakt, moeten jullie opnieuw om de tafel en worden de afspraken weer strikter.
- Noteer jullie afspraken in een soort contractje, zodat er geen getwist ontstaat achteraf.
- Geef hem het vertrouwen dat hij de verantwoordelijkheid aan kan en het vertrouwen in hem niet beschaamd wordt. Ga uit van een positief resultaat. Bespreek ook duidelijk de keuze die hij heeft: óf hij houdt zich aan de afspraken en heeft zijn telefoon bij zich, óf hij kan die ruimte helaas nog niet aan en dan wordt het teruggedraaid. Híj kan dus bepalen hoe het gaat lopen.
Dit voelt misschien spannend, maar als jij heel goed je grenzen aangeeft en bewaakt en daarbinnen je zoon laat meedenken – en helpt om het te laten slagen – dan werkt deze manier bij pubers vaak prima en scheelt het veel onenigheid.
‘Mijn zoon van 6 heeft een erg kleine penis, moet ik me zorgen maken?’