4x waarom het juist goed is kinderen met elkaar te laten stoeien
Als volwassene weet je inmiddels dat je je affectie niet toont door iemand pootje te haken of in z’n maag te stompen. Jonge kinderen hebben die memo echter even gemist. En dat is eigenlijk niet zo erg, want van stoeien leren kinderen ook heel veel…
Aan al die ouders die verwoede pogingen doen hun kinderen te stoppen met stoeien: laat het gaan. Er is niks mis met een potje ravotten. Sterker nog: volgens deskundigen is het essentieel. Dit is waarom.
Waarom stoeien goed is
Dus sta je weer eens op het punt om in te grijpen? Denk dan eerst even aan deze vier dingen…
1. Het kalmeert hun lichaam en voedt hun brein
Een beetje stoeien zorgt voor een sterkere verbintenis, helpt oplossingsgericht denken en geeft het zelfvertrouwen een opkikker. Dat zeggen professors dr. Anthony T. DeBenedet en dr. Lawrence J. Cohen. Het geeft niet alleen bakken energie, maar stimuleert ook de groei van neuronen in de cortex en hippocampus – dat gedeelte van de hersenen dat verantwoordelijk is voor het geheugen, leervermogen, taal en logica. Uit onderzoek blijkt zelfs dat ravottende kinderen beter presteren op school.
2. Het verscherpt hun sociale vaardigheden
Wanneer kinderen ‘nep’ vechten, leren ze wat zelfbeheersing en controle betekenen (‘ik kán hem in het gezicht slaan, maar ik kan hem ook een een duwtje geven’). Daardoor kunnen ze op het moment dat er een echt conflict gaande is zichzelf beter beheersen. Zelfs hyperactieve kinderen kunnen op deze manier, met een beetje ouderlijke coaching, zichzelf die eigenschap aanleren. Bovendien leren kinderen zo lichaamstaal lezen en werken ze zo aan hun emotionele intelligentie.
3. Het versterkt de band
Vooral jongetjes vinden over gevoelens praten vaak toch ingewikkeld. Een potje stoeien is hun manier van zeggen: jij bent m’n vriend. Als een ouder en kind met elkaar ravotten komt zelfs het gelukshormoon oxytocine vrij. Dat is hetzelfde hormoon dat vrijkomt wanneer een moeder borstvoeding geeft.
4. Het leert samenwerken
Dikke kans dat een onderhandelaar of teamspeler vroeger een nogal fysiek kind was. In een stoeipartij vallen kinderen om de beurt aan, worden ze aangevallen, gaan ze achter iemand aan of zijn ze degene die het op een hollen zet. Als er sprake is van meerdere kinderen, gaan er regels van kracht. Kinderen voelen onbewust de intenties van de ander aan, waardoor een stoeipartij zelden of nooit uitmondt tot daadwerkelijk geweld. ‘Meestal begint het rustig, worden kinderen dan druk en kalmeert daarna de boel vanzelf weer. In het meest ideale geval laat je die cyclus gewoon op z’n beloop gaan.’ Als je je afvraagt of je echt niet moet ingrijpen, kun je vragen of iedereen het nog leuk vindt. Als je een instemmende reactie krijgt, kun je daarop vertrouwen.