Psychotherapeut Sonja Fleminger over eetstoornissen: ‘Als je kind gaat lijnen, moet je ingrijpen. Meteen.’
Hoe ontstaat een eetstoornis als anorexia of boulimia? Hoe voorkom je dat je kind zo’n eetstoornis krijgt en wat doe je als je vermoedt dat je kind er last van heeft? Alles over eetstoornissen.
De oorzaak van eetstoornissen als anorexia (jezelf uithongeren) en boulimia (vreetbuien en daarna laxeren of braken) wordt nog steeds onderzocht. Vooralsnog wordt gedacht dat verwaarlozing, seksueel misbruik, grote onzekerheid over zichzelf (faalangst, negatieve lichaamsbeleving) en een overdreven aandacht voor het uiterlijk de oorzaak kunnen zijn voor het ontwikkelen van een eetstoornis.
Ook de westerse slanker-dan-slank-cult hoort in dit rijtje thuis. Maar onderzoek op Curacao wees uit dat ook daar gevallen van anorexia voorkomen, terwijl op het eiland dik als bijzonder aantrekkelijk wordt beschouwd. Er komen ook steeds meer indicaties dat eetstoornissen (gedeeltelijk) erfelijk bepaald zijn. Anorexia en boulimia komen namelijk aanzienlijk vaker voor bij kinderen van ouders met een verslaving of depressie.
Afstompen
Sonja Fleminger is als psychotherapeut verbonden aan het Kinder- en Jeugdpsychiatrisch centrum Accare de Ruyterstee in Smilde. Zij is gespecialiseerd in het behandelen van jonge anorexia-patiënten. Over de kennis over eetstoornissen zegt ze: ‘Wat we weten is dat een eetstoornis ontstaat op het moment dat de balans tussen draaglast en draagkracht wordt verstoord. Dat kan gebeuren door pesterijen op school, problemen binnen een gezin zoals echtscheiding of ziekte, het verlies van een dierbaar iemand, een te hoog streefniveau.
Dat geeft stress en kan het begin van een eetstoornis betekenen. Afvallen is vluchten. Als kinderen het niet meer kunnen bolwerken, gaan sommigen vasten. Vasten verzacht op den duur de gevoelens, of botter geformuleerd: door niet te eten stomp je af. Problemen lijken opeens minder zwaar, minder erg. Anorexiapatiënten raken vaak in een soort trance. Voor hen lijkt het of ze controle hebben over de dingen. Alleen is het natuurlijk een valse controle, valse hoop.’
Vooral meisjes
Volgens de statistieken lijden ongeveer twintig keer zoveel vrouwen aan anorexia of boulimia als mannen. Dat heeft veel te maken met de manier waarop meisjes en jongens met problemen omgaan. Meisjes hebben over het algemeen al gauw de neiging om de oorzaak bij zichzelf te zoeken en meer te gaan piekeren, terwijl jongens zich naar buiten keren, brutaal en gewelddadig worden.
Fleminger: ‘Meisjes die een eetstoornis ontwikkelen zijn over het algemeen geen lastige kinderen. Vaak zijn ze juist een beetje angstig of overgevoelig, sommigen zijn erg perfectionistisch en lijden aan een grote faalangst. Negen van de tien zijn rustige, lieve kinderen die goede schoolresultaten halen, hun best doen om het iedereen naar z’n zin te maken. Ze zijn superaangepast, vallen niet op binnen een gezin. Tot hun ziekte niet meer over het hoofd gezien kan worden.’
Het gevaar van (het ontwikkelen van) een eetstoornis en hoe je als ouder kunt ingrijpen en helpen
Gevolgen
Anorexia en/of boulimia zijn geen puberale wanen die wel weer vanzelf overgaan. De eetstoornissen duren gemiddeld zeven jaar. Fleminger: ‘Veel mensen weten ook niet dat je bijna niet meer kunt eten als je al veel bent afgevallen. De hele manier van denken en voelen verandert. Anorexiapatiënten zijn vaak lusteloos, bijna apathisch. Ze zijn angstig, hebben sombere buien en kunnen zich nog maar met moeite concentreren. Dankzij een enorme inspanning halen die meisjes soms nog een hele tijd goede schoolresultaten, maar dat gaat dan ook ten koste van alles.’
Anorexia en boulimia kunnen grote schade aanrichten in de psyche en in het lichaam van een jong mens. Studeren of iets anders doen wordt bijna onmogelijk. Eten – of eigenlijk niet eten – is zo’n obsessie dat er weinig ruimte meer is voor iets anders. Sociale contacten verwateren. Typische lichamelijke gevolgen van anorexia zijn: het uitblijven van de menstruatie, onvruchtbaarheid, haaruitval, lage bloeddruk en vertraging van de hartslag, groeiachterstand, obstipatie, botafbraak en vochtophoping in de benen.
De gevolgen van het braken en laxeren bij boulimia zijn: aantasting van het gebit, opzetten van de speekselklieren, beschadiging van de darmwand, diarree, lage bloeddruk, scheuring van de maagwand, verandering van de bloedsamenstelling, waarbij vooral het kaliumtekort kan leiden tot hartritmestoornissen, hartstilstand, spierkrampen en epilepsie.
Rol ouders
‘Het is geen kwestie van alleen maar minder eten. Je kunt er uiteindelijk aan doodgaan,’ zegt Fleminger. Zij vindt dan ook dat ouders krachtig moeten optreden. ‘Volgens mij moeten ouders vasten net zo benaderen als alchohol en drugs. Je weet dat de kans bestaat dat ze ermee gaan experimenteren.
Oké, als ze maar weten wat de risico’s zijn. Praat over de mogelijke gevolgen en gevaren van lijnen. Maak duidelijk waarom gezonde, volwaardige voeding belangrijk is. Vertel ook wat er allemaal mis kan gaan. Kinderen hebben vaak geen idee wat ondervoeding of veelvuldig braken in hun lichaam kan aanrichten. Als je het gevoel hebt dat het de verkeerde kant op gaat, reageer dan meteen. Een dochter die kilo’s afvalt, dat zie je.
Als je kind gaat lijnen, moet je ingrijpen. Meteen. Een gezond kind hoeft namelijk niet op dieet. Tenzij dat op medisch avies gebeurt. En ook dan alleen onder begeleiding. Hoe vroeger een eetstoornis ontdekt wordt, hoe meer kans er is op genezing. Het daadwerkelijke probleem is dan nog traceerbaar. Als anorexia al enige tijd aan de gang is, ben je eerst maanden bezig om het gewicht weer op peil te brengen voor je aan de behandeling van de achterliggen-de oorzaak kunt beginnen.’ Een eetstoornis kan volgens de psychotherapeute worden voorkomen als ouders het eetgedrag van hun kinderen in de gaten houden zonder er ‘een heksenjacht’ van te maken.
Niet eten is ‘in’
‘Helaas is het op sommige middelbare scholen ‘in’ om niet te eten. Voor meisjes dan, jongens halen nog steeds doodgewoon hun trommeltje met vijf dubbeldikke boterhammen te voorschijn. De korte lunchpauzes en de gebrekkige voorzieningen dragen daar natuurlijk ook aan bij. Op veel scholen is er nauwelijks een kantine, hooguit een repenautomaat. Maar zolang er thuis ‘s ochtends en ‘s avonds normaal wordt gegeten, is er niet zoveel aan de hand. Gewoon met z’n allen aan tafel. Dan weet je vrij snel wanneer er een maaltijd wordt overgeslagen.’
Ouderlijk gezag
Als ouders eenmaal in de gaten hebben dat hun kind aan anorexia of boulimia lijdt, reageren ze vaak met ongeloof, ze zijn boos, angstig of gaan huilen. Zo’n reactie is volgens Fleminger begrijpelijk, maar niet verstandig. ‘Een kind raakt daardoor nog meer in de war en trekt zich terug. Zij wil niet eten. Ze wil zich dat prettige gevoel niet laten ontnemen. Maar ze wil haar ouders ook niet teleurstellen.
Ruzies ontstaan vaak omdat een kind zich in het nauw gedreven voelt. Ga de discussie niet aan. Kinderen beseffen vaak amper wat ze zichzelf aandoen. Ze overzien de consequenties niet. De weigering om te eten is ook een schreeuw van onmacht en angst. Angst over wat er daarna gebeurt, hoe het moet als hun enige vluchtweg niet meer bestaat.
Toon begrip voor je kind, maar laat haar niet aanmodderen. Een anorexia- of boulimiapatiënt heeft deskundige hulp nodig. Je kind kan daar nog niet zelf over beslissen. Op zo’n moment moet je gewoon je ouderlijk gezag laten gelden. Als ze over de grond zou rollen van de buikpijn, dan zou je toch ook meteen de dokter bellen?’
M.m.v. Sonja Fleminger, psychotherapeut bij De Ruyterstee, centrum voor kinder- en jeugd psychiatrie in Smilde, René Sieders en dr Eric van Furth.