Waarom tijd voor jezelf nemen heel erg gezond is
Op stap met vriendinnen, met een boek op de bank: daar knap je van op. Dus waarom doen we zo moeilijk over het nemen van tijd voor jezelf? “De wereld vergaat niet als je eens nee zegt.”
Moederrecept: tijd voor jezelf!
Het hoort niet, dacht Bianca (36), moeder van Luuk en Krijn, toen ze overwoog om voor het eerst in haar leven iets helemaal alleen te ondernemen: een week lang een stuk van de pelgrimstocht naar Santiago de Compostella lopen.
Tijd voor jezelf nemen
Zelfs op de dag van vertrek dacht ze nog: ‘dit kan ik eigenlijk niet maken, ze zomaar achterlaten’. Haar man werkt 5 dagen, zij 20 uur, vaak thuis uitlopend naar 24 of 28 uur, want het zit nu eenmaal in haar aard om alles goed te doen. “Als mijn man iets regelt voor de jongens, oppas bijvoorbeeld, vind ik dat hij dat veel te last minute en nonchalant doet. Daar word ik onrustig van. Alles moet goed.”
Waarom moeders vastlopen
‘Ik kan pas genieten als alles af is. Als ik het niet doe, doet niemand het. Het is egocentrisch als ik iets voor mezelf doe’. Het zijn een paar van de vele belemmerende gedachten die het ons moeilijk maken om tijd voor onszelf te nemen, volgens Mamas-coach Renske Tjoelker.
Zelf raakte ze ooit flink burn-out toen haar dochtertje (3) ziek bleek en ze niet van het moederschap kon genieten. Nu coacht ze moeders die in balans willen komen. Ze geeft mindfulness-trainingen en schreef het boek ‘Hoezo roze wolk?’, over de vraag waarom moeders zo vaak vastlopen.
“Die stemmen in ons hoofd, die van alles vinden over wat wel en niet hoort of mag, stammen vaak uit onze jeugd”, zegt ze. “Van je vader die altijd riep: ‘kom eens van je luie kont af’, als je midden op de dag lekker onderuit op de bank tv lag te kijken. Of van je moeder, die jou egocentrisch vond omdat je niet mee naar opa en oma wilde en zei dat je ‘niet zo boos moest doen’.
De conclusies die je als kind daaruit trekt zijn: luieren is slecht, je moet jezelf te allen tijde nuttig maken. Als ik iets niet wil ben ik egoïstisch, ik mag niet voor mezelf opkomen. En kwaad zijn is al helemaal uit den boze. Laat staan dat ik een ander boos maak. Ik moet me dus in alle bochten wringen om dat te voorkomen.”
Recht op eigen tijd
Judith Borremans-Pinas (31) had geluk. Haar ouders droegen de positieve overtuiging uit dat iedereen het recht heeft zichzelf te kunnen zijn. Ondanks hun zeven kinderen vonden zij het vanzelfsprekend om tijd voor zichzelf te maken. “Ze gingen geregeld uit eten en mijn moeder kroop gerust op de bank met een boek, terwijl wij onszelf zonder problemen vermaakten. Ik heb haar nooit haar stem horen verheffen tegen ons, ze was super zorgzaam en warm.”
Voor Judith is het dan ook heel normaal om zichzelf regelmatig op de sauna, de pedicure, een massage, een high tea met vriendinnen of een etentje met haar man te trakteren. Ook al heeft ze vier kinderen – Kingston, Jason, Elysa en Damian -, werkt ze drie dagen als jeugdbeleidsmedewerker bij de gemeente en studeert ze twintig uur per week om ooit haar droom te verwezenlijken: kinderpsycholoog worden.
“Als ik merk dat het te lang geleden is dat ik me Judith voelde, ga ik lekker hardlopen, mijn hoofd leegmaken. Of ik kruip achter de naaimachine om een mooi jurkje voor mijn dochter in elkaar te zetten. Met een fijne thriller en thee op de bank, ook heerlijk. Vaak komen mijn kinderen lekker bij me zitten met hun eigen boekje.
Mijn ouders leerden me dat het heel belangrijk is om behalve moeder, ook gewoon Judith te blijven. Ze hebben daarom altijd, vaak zelfs hele weekenden, op mijn kinderen gepast. Mijn moeder is nu overleden, maar mijn vader zorgt nog steeds een paar keer per week voor mijn jongste zoon.”
Jaren ’50 moederschapsverheerlijking
In het buitenland vinden ze Judiths manier van leven heel gewoon. Voor Franse moeders is het doodnormaal om fulltime te werken en er ‘s avonds met vriendinnen op uit te trekken. Dat noemen ze zorgen voor jezelf. Voor kinderen is zo’n moeder ook veel leuker; die zit immers goed in haar vel. Maar Nederlandse vrouwen verliezen vaak uit het oog wat ze zelf ontspannend vinden, zodra ze moeder worden.
“Hier doen we aan een raar soort jaren ’50 moederschapsverheerlijking“, zegt Renske. “We zijn de eerste generatie moeders die net zo zorgzaam met thee op de kinderen wil wachten als onze moeders, en daarnaast even hard en zonder klagen probeert te werken als onze vaders.
We zijn meer gaan werken maar nauwelijks minder gaan zorgen. Daarbij komt dat we kleine gezinnen hebben. Alle aandacht is op dat ene kind of op die twee kinderen gericht. De druk om je kinderen te laten slagen is groot en de moeders worden daarop aangekeken.
Tot slot zijn vrouwen elkaars meest kritische concurrenten. We loeren naar elkaar, in plaats van dat we ons kritisch durven op te stellen en eerlijk zeggen dat wij het soms ook niet redden. Deze generatie moeders wil alles: de beste moeder zijn, de leukste partner, de hoogste baan en het schoonste huis hebben, de liefste vriendin, dochter en buurvrouw zijn. Volslagen onmogelijk.”
Zelfstandige kinderen
Bianca trakteert zichzelf tegenwoordig op een poetshulp die om de week een ochtend langskomt. Judith leerde van haar ouders dat kinderen meer zelf kunnen dan je denkt.
“Wij moesten allemaal meehelpen in het huishouden. Er hing een lijst met taken: die moest afwassen, die stofzuigen. Mijn man en ik voeden onze kinderen ook zelfstandig op. Ik leg ‘s avonds de kleren van de kinderen klaar en mijn man dekt ‘s ochtends de ontbijttafel, maar verder doen ze alles zelf: douchen, tandenpoetsen, brood smeren en hun tas inpakken. Af en toe helpen ze met de vaat en stofzuigen. Ze zijn ontzettend trots dat ze al zoveel dingen zelf mogen en kunnen.”
Genieten
“Vriendinnen vragen wel eens hoe ik het doe, zo positief en relaxed in het leven staan”, lacht Judith. “Het is mijn instelling om niet pas te gaan genieten als alles klaar is. Ik probeer altijd onderweg al plezier te hebben, van de kinderen, van alles wat ik doe. Ik sta geregeld even stil bij alles wat ik heb.
‘s Avonds op de bank denk ik vaak voldaan: dat heb ik allemaal toch maar weer mooi voor elkaar gekregen vandaag: werk, boodschappen, school, vriendjes, ballet, voetbal. Dan ben ik trots. En vind ik dat ik met recht tijd voor mezelf heb verdiend.”
Schuldgevoel
Het klinkt zo simpel. Waarom hebben andere moeders dan last van schuldgevoel als ze tijd voor zichzelf maken? “Nederlandse vrouwen zijn sorrysorrysorry-moeders”, zegt Renske. “Altijd bang om anderen teleur te stellen, altijd bang voor frustratie bij onze kinderen.
Dat komt omdat we zelf zo weinig grenzen opgelegd kregen. Wij kregen zelden nee te horen, alles moest leuk zijn. En dat komt weer omdat onze ouders het anders wilden doen dan hún autoritaire ouders. Maar onze grootouders waren misschien streng, ze wisten ook dat het leven niet altijd leuk is en veel dingen gewoon niet mogelijk waren. En nee was ook echt nee.
Wij willen onze kinderen alles geven behalve een nee. Het helpt te bedenken dat kinderen grenzen nodig hebben. En dat de wereld niet vergaat als je iemand teleurstelt. Dan zeg je een keer nee tegen de buurvrouw die koffie bij je komt halen, omdat je lekker in je eentje over de markt wilt slenteren. En dan vindt ze dat jammer. Nou en?”
Waarom voel ik me een slechte moeder?
Hetzelfde besefte Bianca tijdens haar pelgrimstocht. “Ik dacht: waarom mag ik eigenlijk nooit boos of chagrijnig zijn van mezelf? Waarom voel ik me dan zo’n slechte moeder? Ik begrijp het toch ook als anderen boos zijn?” De eerste twee dagen had ze wel een paar huilbuien.
“Ik had wat los te laten. Daarna werd het heerlijk stil in mijn hoofd, en kon ik alles van een afstandje bekijken. Ik voelde weer wie ik was. Ik ontdekte dat ik een doorzetter ben, en dat ik meer kan oplossen dan ik dacht. Ik realiseerde me hoe blij ik ben met mijn man. Hoe bijzonder mijn kinderen zijn. Ik wist wat ik wilde veranderen bij thuiskomst.”
Bianca kwam gelouterd terug. Haar jongens hadden zich prima vermaakt bij opa en oma. Tegenwoordig neemt ze makkelijker tijd voor een boek of een wandeling. Vanaf nu zal ze elk jaar een week pelgrim zijn, op weg naar Santiago de Compostella. Op weg naar zichzelf.
In 5 stappen naar ‘ik-tijd’
Heb je er moeite mee om belemmerende overtuigingen los te laten? Probeer eens de ‘Voelen, Denken, Doen’-methode van relatietherapeut Mirjam Veltman. Koop een notitieboekje en schrijf dagelijks op wat je denkt, voelt en doet bij verschillende situaties. Zo word je je bewust van deze processen.
- Ga na wat je voelt: benauwd, gespannen, gestrest, onrustig?
- Welke gedachte ligt hieraan ten grondslag? Bijvoorbeeld: ‘als ik vanavond op stap ga met mijn vriendin, moet mijn man koken en hij werkt al zo hard, dat kan ik hem niet aandoen’.
- Welk gedrag komt hieruit voort? Ga je snel koken, afwassen en opruimen, waarna je doodmoe naar je vriendin vertrekt?
- Schrijf op een nieuw blaadje hoe je je zou wíllen voelen. Rustig? Vrolijk? Energiek of tevreden?
- Bedenk welke gedachte je kan helpen om je zo te voelen. Bijvoorbeeld: ‘ik mag best eens voor mezelf kiezen’. Schrijf die gedachte in je agenda, op je spiegel, overal. Reserveer plekken in je agenda voor ‘ik-tijd’.
Moeite met ontspannen? Hier vind je 18 tips om te relaxen
Met dank aan: Renske Tjoelker; Ingrid Schoen, die levensfasetrainingen voor vrouwen geeft; relatietherapeut Mirjam Veltman; Bianca Groenewegen blogt over haar pelgrimstocht.