Mariëlle is een hypochonder als het op haar kinderen aankomt: ‘Ik Google alles’
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.jmouders.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F04%2Fkinderen.jpg)
Mariëlle (36) is moeder van twee en weet het van zichzelf: als het om haar kinderen gaat, slaat de paniek al toe bij een snottebel. “Ik wéét dat het vaak niks is. Maar mijn hoofd gelooft dat gewoon niet.”
“Mijn man zegt het al jaren: ‘Google is je grootste vijand.’ En eerlijk? Hij heeft gelijk. Maar ik kan het niet laten. Ik ben die moeder die bij elke blauwe plek denkt aan bloedziektes. Die bij een kuch meteen ‘longontsteking bij kinderen’ intikt. En als ik dan zie staan: kan in zeldzame gevallen ernstig zijn, dan is het hek van de dam. Dan zit ik in no time in een spiraal van stress, rampscenario’s en huisartsbezoeken.
Vermoeiend
Ik zou willen dat ik het kon uitschakelen. Dat ik gewoon even kon denken: ach, het zal wel loslopen. Maar zo werkt mijn hoofd niet. Mijn hoofd schreeuwt meteen: ‘PANIEK! NU handelen!’ En dat maakt het soms vermoeiend. Niet alleen voor mezelf, maar ook voor mijn omgeving.
Google draait overuren
Neem vorige maand. Mijn zoon werd wakker met koorts. Niet schokkend, zou je denken. 39,2 graden. Maar in mijn hoofd begon de storm alweer. Hij was wat slapjes, wilde niet ontbijten en had die typische glazige blik. Binnen vijf minuten zat ik op de bank met mijn telefoon in de ene hand en een thermometer in de andere. Google draaide overuren. Bacteriële infectie? Hersenvliesontsteking? Een zeldzaam virus? Je kunt het zo gek niet bedenken of ik had het al uitgesloten, bevestigd én opnieuw aangevinkt.
Een paracetamol
Mijn man keek me aan en zei kalm: ‘Geef hem gewoon wat paracetamol. Kinderen zijn vaak na een dag weer beter.’ Maar ik hoorde alleen de stem in mijn hoofd. Die zei: en als het níet zo is? Als we te laat zijn? De huisartsassistente probeerde me gerust te stellen. ‘Even aankijken, mevrouw. Veel drinken, rust en een paracetamol.’ Ik zei ja, maar voelde me allesbehalve gerustgesteld. En toen zijn koorts de volgende dag helemaal weg was, voelde ik me schuldig.
Ingebouwde alarmbel
Ik weet heus dat het overdreven is. En toch: ik kan het niet laten. Ik heb gewoon een soort ingebouwde alarmbel, die bij mij net iets té gevoelig staat afgesteld. Ik ben die moeder die standaard een thermometer, neusspray en paracetamol in haar tas heeft. Die moeder die wekelijks denkt: misschien toch even bellen. Die moeder die in de wachtkamer van de huisarts net iets té vaak wordt herkend.
Heel veel moederliefde
En ik schaam me er eigenlijk niet eens voor. Ik weet dat ik het met liefde doe. Vanuit zorg, vanuit angst, maar vooral vanuit heel veel moederliefde. En ooit, als ze groot zijn en ik met weemoed terugdenk aan die kleine kuchjes en blauwe plekken, lach ik erom. Maar voor nu? Voor nu blijf ik gewoon alles opzoeken op Google. Ja, bij elk kuchje.”
* Om privacy-redenen is er een schuilnaam gebruikt. De echte naam is bekend bij de redactie.