Luchtvervuiling en weinig natuur vergroot de kans op ADHD bij kinderen
Omgevingsfactoren zoals roken tijdens de zwangerschap en een vroeg traumatische ervaring kunnen een rol spelen in het ontstaan van ADHD bij een kind. Welke omgevingsfactoren precies een rol spelen en hoe groot die rol is, is nog lastig te zeggen. Toch lijken er nu aanwijzingen te zijn dat luchtvervuiling en een groene omgeving een rol spelen bij het ontstaan van ADHD. Dat blijkt uit nieuw onderzoek.
Hoewel genen voor een belangrijk deel bepalen of een kind ADHD heeft, ontwikkelen niet alle kinderen met een genetische aanleg ook daadwerkelijk ADHD. Omgevingsfactoren zijn namelijk van invloed op de mate waarin de erfelijke aanleg tot uiting komt.
Onderzoek naar luchtvervuiling en ADHD
Uit het onderzoek van The University of British Columbia in Canada, gepubliceerd in het tijdschrift Environment International, bleek dat kinderen die in groenere en minder vervuilde gebieden wonen 50 procent minder risico hebben om ADHD te ontwikkelen. Kinderen die in gebieden wonen met meer kleine vervuilingsdeeltjes in de lucht en minder groen, lopen volgens een onderzoek tot 62 procent meer risico om ADHD te ontwikkelen.
De onderzoekers onder leiding van Matilda van den Bosch, gebruikten gegevens van 37.000 kinderen in Vancouver, Canada.
Ze keken naar de blootstelling van jonge kinderen aan een groene omgeving en kleine vervuilingsdeeltjes in de lucht (PM2.5) en onderzochten of hierbij een verband was met een latere incidentie van ADHD.
“We hebben vastgesteld dat kinderen die in groenere buurten wonen met weinig luchtvervuiling een aanzienlijk verminderd risico op ADHD hebben”, zegt Van den Bosch. “Dit is een ongelijkheid waarbij kinderen die in gebieden wonen met meer vervuiling en minder groen op hun beurt een onevenredig groter risico lopen op het ontwikkelen van ADHD.”
Groen, luchtvervuiling en geluid
Het mogelijke verband tussen de milieublootstellingen (natuur en luchtvervuiling) en ADHD werd beoordeeld met behulp van een statistisch model dat het mogelijk maakte om risicoverhoudingen te bepalen. De onderzoekers konden uiteindelijk 1.217 gevallen van ADHD identificeren, wat overeenkomt met 4,2 procent van de totale onderzoekspopulatie.
Uit de analyse van de groene ruimte bleek dat deelnemers die in gebieden met een groter percentage aan ‘groen’ woonden, een lager risico op ADHD hadden, aldus de onderzoekers. De resultaten laten zien dat een toename van 12 procent van het vegetatiepercentage (planten, bomen etc.), verband hield met een afname van 10 procent van het risico op ADHD. Uit de studie bleek ook dat deelnemers met een hogere blootstelling aan fijne deeltjes in de lucht (hogere luchtvervuiling) een hoger risico op ADHD hadden. “Deze verbanden zijn met name relevant als deze blootstellingen plaatsvinden in het vroege leven, een cruciale periode voor de ontwikkeling van de hersenen”, zegt Van den Bosch.
Het RED-dieet bleek de oplossing voor de ADHD van Floris (13): ‘Ik ben nu een ander kind’