Jeugdzorg gaat belangrijke richtlijn aanpassen omtrent ‘aanvaardbare termijn’
Jeugdzorg gaat een belangrijke richtlijn in hun beleid aanpassen. Dat meldt het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) vandaag. De richtlijn werd volgens heb te veel gezien als een criterium in plaats van een aanbeveling. Het begrip ‘aanvaardbare termijn’ zorgt er namelijk voor dat uithuisgeplaatste kinderen soms al na een half jaar niet terug kunnen keren naar hun biologische ouders.
De wet schrijft voor dat ouders en kinderen binnen een ‘aanvaardbare termijn’ moeten weten of een uithuisgeplaatst kind blijft wonen in bijvoorbeeld een pleeggezin of gezinshuis, of dat het terug kan naar het eigen gezin. De huidige richtlijn beschrijft welke termijn aanvaardbaar is: een half jaar voor kinderen tot vijf jaar en een jaar voor kinderen vanaf vijf jaar. Maar volgens het NJi blijkt dat in de praktijk professionals die termijnen soms opvatten als een voorschrift, terwijl ze bedoeld zijn als indicatie.
Richtlijn ‘aanvaardbare termijn’ te dwingend
“De formulering van de aanvaardbare termijn in de huidige versie is te dwingend”, zegt Karlijn Stals van het NJi. “Dat gaan we aanpassen. Wat een aanvaardbare termijn is, hangt af van allerlei factoren. Daar kun je geen algemene regels voor geven. Het vraagt een zorgvuldige afweging. Bij dat besluit spelen allerlei factoren een rol. Bijvoorbeeld de hechting van het kind, maar ook de ingezette hulp in het gezin en de resultaten daarvan.”
Hechten aan meerdere volwassenen
Een beslissing over terugplaatsing van een kind is ingewikkeld zegt Stals: “Lang was het idee dat een kind in een pleeggezin zich na verloop van tijd hecht aan de pleegouders in plaats van aan de eigen ouders. Het zou schadelijk kunnen zijn voor de ontwikkeling van het kind om die gehechtheidsrelatie met het pleeggezin te verbreken. Door de toegenomen kennis over bijvoorbeeld gedeeld ouderschap weten we nu veel beter dat een kind zich kan hechten aan meerdere volwassenen tegelijkertijd. De hechting met de eigen ouders houdt niet op als een kind in een pleeggezin gaat wonen. En omgekeerd hoeft de hechting aan pleegouders ook niet te stoppen als het kind teruggaat naar de eigen ouders. Als de relatie tussen de ouders en de pleegouders goed is, kan het kind met beide een hechte band houden.”
Kinderen van gescheiden ouders komen vaker in aanraking met jeugdzorg