Isaya (18) is talentvol atleet: ‘Als zevenjarige wilde hij al naar de Olympische Spelen’
Ieder kind is uniek en heeft zijn eigen talenten. De meeste kinderen ontdekken hun talent pas op latere leeftijd, maar een enkeling is al op jonge leeftijd enorm ambitieus en gedreven om van zijn talent ook zijn carrière te maken. J/M Ouders spreekt wekelijks met zulke talentvolle en succesvolle kinderen én hun ouders. Deze week Isaya Klein Ikkink (18) en zijn moeder Roeleke Klein Ikkink(45).
Wanneer en waarom ben je begonnen met atletiek?
Isaya: “Eigenlijk zaten al mijn vrienden op voetbal, maar daar mocht ik niet op van mijn moeder.”
Roeleke: “Ik vond het te gevaarlijk, in die tijd hoorde je veel vervelende berichten over het amateurvoetbal. Ruzies, agressie tegen scheidsrechters en ouders die zich niet gedroegen langs de lijn. Daar ging ik mijn lieve zevenjarige jongetje écht niet naartoe sturen.”
Isaya: “Toen zijn we verder gaan kijken. Ik weet nog dat ik atletiek op televisie zag, ik weet niet meer precies wanneer, maar ik zag iemand rennen en dacht: dat lijkt me wel leuk.”
Wanneer kwam je erachter dat je talent had?
Isaya: “Dat was eigenlijk al heel snel, na een paar weken deed ik mee aan mijn eerste wedstrijd. Daar bleek dat ik er wel goed in was.”
Roeleke: “Hij was eigenlijk altijd al heel gedreven. Op die leeftijd zei hij al dat hij naar de Olympische Spelen wilde later. Hij ging ook nooit naar een wedstrijd met een instelling van: ‘We zien wel’. Nee, hij wilde winnen. Dat heeft er altijd al ingezeten.”
Isaya: “Toen ik veertien was, werd ik toegelaten tot een Atletiek Trainingscentrum Rotterdam (ATR) dat was toen een nieuw initiatief voor talentvolle atleten. Dat was voor mijzelf denk ik het moment dat ik dacht: hier valt misschien wel iets te halen.”
Roeleke: “Hij moest daarvoor worden toegelaten en ik mocht als moeder bij die toelatingswedstrijd komen kijken. Ik weet nog dat ik langs de lijn stond en andere ouders vol lof over hem hoorde praten, daar was ik super trots op. Ik dacht alleen maar: dat is míjn zoon waar ze het over hebben.”
Heb je het ook weleens willen opgeven?
Isaya: “In 2021 werd ik aangereden door een auto. Toen ik eindelijk gerevalideerd was en weer kon beginnen met trainen, kreeg ik corona. Daar heb ik lang last van gehad. Op dat moment ging er weleens door mijn hoofd dat ik er misschien maar mee moest stoppen en gewoon verder moest gaan met school. Gelukkig ben ik nu weer helemaal hersteld.”
Vind je het niet lastig dat je veel voor je carrière moet opgeven?
Isaya: “Veel jongens van mijn leeftijd gaan naar school, werken, en dan gaan ze uit of zoiets. Dat zit er voor mij niet in. Maar ik heb veel vrienden in de atletiek, zij hebben hetzelfde leven als ik, dat maakt het makkelijker.”
Wat vond je als moeder het moeilijkste aan zo’n gedreven en talentvol kind opvoeden?
Roeleke: “Bij het horden lopen was ik altijd zenuwachtig. Het was toch altijd spannend of hij heel aan de overkant zou komen. Verder vond ik het lastig dat hij echt met tegenslagen moest leren omgaan. Als het even niet ging zoals hij wou dan kon hij zó boos zijn op zichzelf. Dan dacht ik: lieverd, je bent nog zo jong, en je hebt zoveel talent, het komt wel goed. Maar als moeder kon ik dan niet altijd tot hem doordringen.
Ook de puberteit was lastig, hij had last van enkelblessures, zijn lichaam veranderde. Opeens had hij zulke lange benen, en dan moesten die benen ook nog eens ergens overheen springen. Bovendien kwam hij vanwege zijn talent ook steeds vaker op de baan jongens tegen die óók heel veel talent hadden. Dat bij elkaar maakte dat hij zichzelf soms echt tegenkwam. Dat is echt een leercurve voor hem geweest.”
Dit bericht op Instagram bekijken
Heb je hem ooit moeten remmen of motiveren?
Roeleke: “Nee, hij miste nooit een training. Behalve als hij echt ziek was. Het enige waarop ik heb gelet is dat hij genoeg en gezond at. In zijn puberteit vond hij dat niet zo heel belangrijk. Maar als je zoveel traint, moet je gewoon goed eten. Dus toen heb ik wel even met de scepter gezwaaid.”
Isaya, op welke prestatie ben je tot nu toe het meest trots?
Isaya: “Dat is denk ik niet een specifieke wedstrijd, maar op het feit dat ik werd gevraagd om mee te trainen op Papendal. Dat was een speciaal moment, misschien ook omdat het een beetje kwam als een verrassing. Dan sta je daar opeens tussen de écht grote namen zoals Dafne Schippers en Churandy Martina. Inmiddels mag ik daar fulltime meetrainen, daar ben ik wel echt trots op.”
Wat als het niet lukt om van atletiek je carrière te maken, wil je dan iets anders doen in de sport?
Isaya: “Haha, nee, dan wil ik graag de politieopleiding doen. Dat lijkt me wel gaaf, een beetje actie.”
Wat is nu je doel of ambitie?
Isaya: “De Olympische Spelen van 2024 in Parijs. Daar wil ik staan en daar train ik nu ook echt voor. Alles is daar nu op gericht, dus dat is op dit moment mijn grootste doel en droom.”
Stappenplan: zó ontdek en ontwikkel je het talent van je kind