Interview: pedagoog Ingeborg Dijkstra-Verbeek over het nut van een later schooladvies
Op een tienerschool kunnen kinderen zich langer ontwikkelen voordat er een schooladvies wordt gegeven. Een schooladvies volgt dan rond 14-jarige leeftijd oftewel, in jaar 2 van de middelbare school, in plaats van in groep 8. Ingeborg Dijkstra-Verbeek is een pedagoog, gespecialiseerd op het gebied van kinderen, jongeren, jong-volwassenen, ouders en leraren waarbij de kinderen om de een of andere reden vastlopen in hun ontwikkeling en een steuntje in de rug nodig hebben. Daarbij kijkt ze vooral naar de opvoedkundige of onderwijskundige aard van het probleem. J/M sprak haar over een later schooladvies en tienerscholen, zijn deze van nut voor kinderen?
Welke ontwikkeling maken kinderen tussen 10 en 14 door?
‘Er is een verschil tussen jongens en meisjes. Bij de één gaat het heel snel, dat zie je soms bij meisjes op de basisschool al. Tussen jongens en meiden van groep 7 tot de onderbouw van de middelbare school zie je een heel groot verschil. Als we over het algemeen kijken naar het fysieke deel, dan weten we dat meisjes zich daarin wat sneller ontwikkelen. Jongens hebben dat meestal pas als ze op de middelbare school zijn.’
Tienerscholen geven een uitgesteld schooladvies: ze doen dit niet al in groep 8 maar wachten bij de leerlingen nog even tot 14-jarige leeftijd. Wat voor invloed kan dit hebben op de ontwikkeling van een leerling?
‘Er gebeurt natuurlijk heel veel in die leeftijd. In die fase tussen de 10 en de 14 jaar oud, is het precies de overgang van kind tot puber. En juist die overgang loopt heel wisselend. Ik denk dat dat ook de reden zou kunnen zijn voor scholen om dus het advies uit te willen stellen. Bij kinderen tussen de 10 en 14 zie je hele kinderlijke kinderen, die blijven ook best lang kind. Daarmee bedoel ik niet alleen dat ze bijvoorbeeld nog met Barbies of Playmobil spelen. Maar ook dat ze nog hutten willen bouwen en bij wijze van spreken verstoppertje spelen op straat en dat eigenlijk meenemen naar de middelbare school. Tegelijkertijd kan je ook jongens en meisjes van 12 zien die zich gedragen zoals je eigenlijk doorgaans op 15 of 16-jarige leeftijd zou zien. Die zijn bijvoorbeeld heel erg met het andere geslacht bezig of met verliefd worden in het algemeen. Dit kan natuurlijk ook betekenen dat ze verliefd worden op iemand van hetzelfde geslacht.’
‘Dit is een periode waarin er zoveel gebeurt en waarin ze eigenlijk àlles ontwikkelen. Zowel fysiek als mentaal. Vriendschappen ontwikkelen zich bijvoorbeeld verder. Er wordt door een kind niet meer alleen naar het hier en nu gekeken maar ook naar grotere thema’s. Er wordt gekeken naar de langere termijn en vriendschappen worden meer beoordeeld op basis van vertrouwen en loyaliteit. Dan heb je de hersenontwikkeling waarbij sommigen ook een sprong gaan maken op cognitief gebied en met vaardigheden. Mits dat goed begeleid wordt, want dat gaat ook niet altijd allemaal vanzelf. Kinderen zijn nog heel erg op zichzelf gericht, vanaf deze leeftijdsgroep ontwikkelt ook een interesse naar de wereld. Ze ontwikkelen meer hun gevoel voor empathie en rekening houden met een ander. Juist in deze fase gaan ze ontdekken dat er verschillende gezinssituaties zijn waarin iemand kan opgroeien. Dat hun huishouden niet de norm is, maar dat er in andere gezinnen weer andere regels gelden. Ze ontdekken dus dat hun gezin uniek is in die zin dat niet alle gezinnen hetzelfde zijn. Dat geldt dus ook voor de contacten die ze hebben.’
Wat vind jij van een later schooladvies?
‘Ik ben er in ieder geval voorstander van dat het voor kinderen zo lang mogelijk uitgesteld kan blijven. Of je het nu een verlengde brugklas noemt, een tienerschool of een middle school maakt niet zoveel uit. Er zijn natuurlijk ook genoeg landen waarbij blijkt dat het gewoon heel goed is om rond 14 of 15 jaar oud eens te kijken naar met wat voor puber je eigenlijk te maken hebt. Met 12 jaar oud is dat gewoon veel te vroeg.’
Zou ieder kind er baat bij hebben om rond zijn 14e het schooladvies te krijgen? Of zijn er kritisch gekeken ook kinderen voor wie een dergelijk later schooladvies juist demotiverend kan werken?
‘Ja, daar benoem je een goed punt. Ik denk dat het vooral goed kan zijn voor de kinderen die wat later rijp worden. De kinderen die wat later in bepaalde ontwikkelingsfases komen, die lang kinderlijk blijven en die bijvoorbeeld ook langer in de sociale ontwikkeling om blijven gaan met jongere kinderen. Ik wil ze daarmee niet wegzetten als kinderlijk of kinderachtig, het gaat puur om dat de kinderen die ontwikkelingssprong later maken dan misschien leeftijdsgenoten doen. Voor die groep vind ik het zeker handig. Bij jongens zie je nog wel wat vaker dan bij meisjes dat dit nodig is. Dat zit hem echt niet in het fysieke maar ook in de andere aspecten van alle andere ontwikkelingen, die ik eerder noemde.’
‘Als ik kijk naar mijn eigen praktijk dan werk ik vooral met jongens van die leeftijd. Die hebben echt moeite met zo’n periode in de onderbouw van een middelbare school en ook in de periode daarna. Ze hebben moeite om hun plekje te vinden omdat ze eigenlijk het liefst gewoon buiten willen rennen als ze 12 of 13 jaar oud zijn. Terwijl er normaal gesproken – zeker in een havo of atheneum brugklas – veel meer van je wordt gevraagd. Dan zijn ze daar gewoon nog niet aan toe. Terwijl ze dat misschien qua cognitie en intelligentie allemaal wel in huis hebben, maar er gewoon nog helemaal niet klaar voor zijn. Er is dan een ander soort interesse omdat de ontwikkeling op dat gebied nog even een sprongetje moet maken.’
De kinderen op een tienerschool krijgen over het algemeen les op basisschool- en middelbare school niveau. Zeker als ze in een bepaald vak al heel goed zijn mogen ze dit bijvoorbeeld al op het niveau van de middelbare school gaan volgen. Is dit goed voor hun ontwikkeling?
‘Ik werk ook veel met docenten en ik merk wel dat dit vooral ook wat van hen vergt. Wij zijn van de generatie dat je gewoon in de klas stond, het was heel frontaal lesgeven. In feite was het: vandaag volgen we les 3 en morgen les 4. Je had dan wel kinderen die iets sneller waren en kinderen die iets langzamer waren. Kinderen moesten zich dan op scholen op hetzelfde tempo ontwikkelingen. Je had dan kinderen die heel goed zijn in leren en die dan een typische wiskunde en natuurkunde knobbel hebben, die dan bijna van het gymnasium af moesten omdat ze bijvoorbeeld in talen heel slecht zijn.’
‘Nu zie je dat er meer aandacht komt dat die technische vakken op een hoger niveau volgen en talen op een lager niveau volgen mogelijk is. Dit geeft een kind in zo’n geval een hogere kans van slagen. Dit zorgt weer voor meer schoolplezier en is goed om de motivatie erin te houden. Ik pleit daar ook voor. Maar ja, dan moet die omslag ook bij de docenten komen. Die geven over het algemeen natuurlijk liever aan 25 leerlingen dezelfde les dan dat ze op 25 niveaus gaan werken. Want het is natuurlijk een totaal andere manier van werken. De generatie die nu wordt opgeleid is daar wat anders in. De hulpmiddelen die er nu zijn zoals een iPad en laptops maken dat natuurlijk ook makkelijker. Er zijn ook prima programma’s voor. Met name in Scandinavië waarin die lesprogramma’s gewoon in de laptops gezet kunnen worden. Daar ben ik wel een voorstander van. Mits het goed wordt begeleid, want dat hebben de leerlingen natuurlijk nog wel nodig.’
Nu is het zo dat wanneer de kinderen klaar zijn op een tienerschool, ze doorstromen naar een reguliere middelbare school, naar klas 3. Is zo’n overgang te groot?
‘Per kind is dat heel verschillend. Als een kind heel lekker in zijn vel zit. En als een kind op een tienerschool alles heeft kunnen ontdekken waar hij of zij goed in is., dan kunnen ze zo’n stap wel aan. Het is natuurlijk wel zo dat als een kind op een tienerschool al moeite had om op de vakken bij te benen, dat dat wel een uitdaging kan zijn. Maar ik denk dat het over het algemeen wel meevalt.’
‘Ik denk dat een overstap naar een andere school – ongeacht of je dat nou doet op je twaalfde, veertiende, zestiende of achttiende – dat dat heel erg afhangt van hoe stevig een kind in zijn schoenen staat. Net zoals dat je ook op verschillende leeftijden kan verhuizen met je kind. Voor de een gaat dat vrijwel vlekkeloos en voor een ander kan dat wel een trauma zijn wat hem jarenlang achtervolgt. Dat hangt naar mijn inziens niet per se af van een bepaalde leeftijd of ontwikkelingsfase. Het ligt meer aan hoe een kind in het leven staat. Is dat vol zelfvertrouwen, met een open houding voor vriendschap? Ik denk dat als je juist in die tienerschool ze meer kansen geeft om ze te laten doen waar ze goed in zijn en lekker in hun eigen tempo te ontwikkelen, dat ze die stap misschien beter maken dan een 12-jarige die van groep 8 naar de middelbare school moet. Die overstap vind ik ook heel groot want dan zijn ze zelfs nog wat jonger. Dus ik denk dat de kinderen van 14 of 15 jaar oud, die overstap beter kunnen oppakken.’
Het heeft dus uw voorkeur om kinderen dus pas later schooladvies te geven?
‘Dat zou zeer mijn voorkeur hebben. Ik werk nu ook op scholen waar ze in groep 6 al een soort pre-advies geven. Die leerlingen zijn 9 jaar. Maar ik denk dan: wat doe je zo’n kind en de ouders dan aan? Dat vind ik heftig. Ik heb een eigen praktijk als pedagoog en dan kan ik me ermee bemoeien, al wordt mijn advies natuurlijk niet altijd opgevolgd. Ik snap dat er in groep 8 iets moet gebeuren of eind groep 7 om een soort voorbereiding te geven. Maar het liefst zou ik zien dat het schooladvies later wordt gegeven.’
Meer weten over tienerscholen? Dan vind je de volgende artikelen misschien ook interessant om te lezen:
- Dit zijn alle tienerscholen in Nederland op een rijtje
- Waarom de huidige wet- en regelgeving zorgt voor knelpunten bij de tienerscholen
- Interview met Pieter Snel over zijn ervaring als leraar van het voortgezet onderwijs klas 1 en 2 op een tienerschool
- Interview met Natasja van Meer over haar ervaring als lerares van groep 7/8 op een tienerschool