Hoogbegaafd, net als zijn moeder?
Heron heeft de intelligentie hoogstwaarschijnlijk van zijn vader. Dat stond in mijn vorige blog te lezen. Meerdere mensen wezen me erop, onafhankelijk van elkaar, dat dat helemaal niet zo hoeft te zijn. Via Twitter vertelde iemand me dat jongens de intelligentie van hun moeder krijgen. Als dat echt zo is, moet Heron de hoogbegaafdheid dus van mij hebben.
Andere mensen, onder wie een adviseur hoogbegaafdheid, wezen me erop dat het meestal de moeders zijn die zeggen dat het hoogbegaafde kind de intelligentie onmogelijk van hen kan hebben. Ze illustreerde het met een artikel van psycholoog Linda Kreger Silverman: ‘I am not gifted, I am just busy’. Daarin wordt beschreven dat vrouwen zichzelf niet snel hoogbegaafd zullen noemen, omdat hoge intelligentie van oudsher alleen aan mannen voorbehouden was.
Ook vinden moeders van hoogbegaafden de intelligentie van hun kind vaak een ontwikkelingsverschil, terwijl mannen het een prestatie vinden, gekoppeld aan handelen. Vrouwen zien hoogbegaafdheid bij hun kinderen dan ook vaker als een probleem dan mannen.
‘Het wordt tijd dat we met hoogbegaafdheid uit de kast durven komen en het helemaal losmaken van het concept van prestatie,’ zegt Kreger Silverman. ‘Het wordt tijd dat we het herkennen, waarderen en koesteren op onze scholen en in onze gezinnen.’
Een collega-journalist vertelde me wat ze al vaker had gezegd: dat ze serieus trekken van hoogbegaafdheid in me ziet. Dus werd ik toch een beetje nieuwsgierig en besloot ik mijn intelligentie te testen. Ik heb overigens driemaal meegedaan met De Nationale IQ-test van BNN. Het eerste jaar keer haalde ik een IQ van 146, de tweede keer ergens in de 130 en de derde keer onder de 130. Om begrijpelijke redenen ben ik daarna gestopt.
Deze test was ook niet officieel maar wel objectief, vind ik. Het is de online drempeltest van de Mensa, de vereniging van hoogbegaafde volwassenen. Ik vond het best moeilijk, en hoewel mijn intelligentie boven het gemiddelde bleek te liggen, zijn de Mensa-mensen van mening dat ik waarschijnlijk niet zal slagen voor hun eindtest.
Ik denk dat Herons vader de eindtest wel zou halen. De drempeltest bestond namelijk alleen maar uit vragen die logisch redeneren, ruimtelijk inzicht en hoofdrekenen eisen. Precies mijn zwakke plekken en Roberts sterke. Taal en creatief denken, mijn specialisaties, tellen blijkbaar niet mee als het om intelligentie gaat.
Mijn collega wees me echter op de Delphi-definitie van hoogbegaafdheid. In 2007 kwam een groep (ervarings)deskundigen volgens de Delphimethode tot consensus over de betekenis van hoogbegaafdheid. Er hoort een lijst met kenmerken bij, variërend van zeer autonoom tot emotioneel en sensitief en van scheppingsgericht tot snel en complex.
Tja, en daar herken ik mezelf dus wel in. Terwijl ik een paar weken geleden nog schreef dat ik mensen stom vind die roepen dat ze waarschijnlijk hoogbegaafd zijn, vraag ik het me nu van mezelf af. Het zou namelijk wel veel dingen verklaren. Moeilijke dingen over mijn gedrag en mijn gevoelens van vroeger tot nu.
Zou het verschil maken als ik me liet testen?