Hoe kan ik ons zoontje afleren om steeds aan zijn piemel te zitten?
Als ouder zit je regelmatig met vragen en kwesties rondom het opvoeden van je kinderen. J/M ouders geeft graag antwoord op al deze vragen in de rubriek ‘advies van de redactie.’ Dit keer is het onderwerp: “Mijn zoontje van 5 zit aan zijn piemel. Heel vaak en ook in gezelschap.”
De vraag
Ons zoontje van 5 zit constant met zijn hand in zijn broek en loopt dan soms met een gelukzalige glimlach rond. Op andere momenten niet, maar toch gaat die hand steeds weer zijn broek in. Ook als we in gezelschap zijn of als we aan tafel zitten met zijn allen, of in de trein. We zeggen hem steeds dat hij dat niet moet doen als er anderen bij zijn, maar steeds opnieuw gebeurt het weer. Soms zetten we hem op een strafstoeltje, maar dan begint hij onbedaarlijk te huilen, zegt sorry mama en denkt dat hij iets verkeerd heeft gedaan. Bovendien doet hij het iets later weer. Deze aanpak werkt dus niet, wat zou wel kunnen werken?
Het advies
Wat jullie zoontje nog moet leren, is dat hij alleen aan zijn piemel zit wanneer hij alleen is. Die insteek is een stuk positiever dan ‘afleren aan zijn piemel te zitten als er anderen bij zijn’ . Om dit aan te leren is straffen en belonen niet de juiste manier. Het gaat namelijk om een paar dingen:
Waarom doet hij het?
- Het is belangrijk (en fijn) als hij begrijpt waarom het niet gepast is om het in gezelschap te doen. Als je snapt wat de reden ergens van is, accepteer je dat makkelijker.
- Het is fijn als jullie erachter kunnen komen waarom hij het de hele dag doet: is het een gewoonte geworden, kriebelt het misschien, heeft hij ontdekt dat het een lekker gevoel geeft? Is het inmiddels (onbewust) een kwestie van aandacht vragen geworden doordat er steeds op gereageerd is? Door te weten wat er achter gedrag zit, kun je beter kijken naar een oplossing. Bij domweg straffen en belonen sla je dit helemaal over!
- Hij moet het niet achterwege laten omdat hij anders straf krijgt. En ook andersom: hij moet het niet op een bepaalde manier gaan doen omdat hij er dan voor beloond wordt. Het is belangrijk dat hij leert wat in dit soort situaties gepast is en wat maakt dat we het zo met z’n allen afspreken. Bovendien heb je helemaal gelijk dat hij door straffen het gevoel krijgt dat hij iets slechts doet en dat is natuurlijk helemaal niet de bedoeling.
Hoe praat je met kinderen van iedere leeftijd over het stellen en respecteren van seksuele grenzen?
De aanpak
- Eigenlijk gaat het erom dat jullie het er samen over hebben en dat hij uiteindelijk begrijpt waarom ‘met anderen erbij aan je piemel zitten’ iets is wat niet hoort. Eigenlijk net als windjes laten in gezelschap of in je nakie op straat lopen of in je neus peuteren. Daar hebben we met zijn allen afspraken over gemaakt. Vraag hem eens waarom dat zou zijn? Wat zou er verder kunnen gebeuren als hij het doet met anderen erbij? Bijvoorbeeld: mensen kunnen het raar vinden, er iets van gaan zeggen waardoor het vervelend voor hem is, enzovoort. Wat levert het hem op wanneer hij leert het te doen als hij alleen is? Bijvoorbeeld: dat mensen er niks van zeggen, dat niemand het gek vindt, dat hij het bewaart voor iets van hemzelf, dat papa en mama hem er niet steeds op aanspreken, et cetera.
- Bedenk of ontdek vervolgens samen wat maakt dat hij het nu zo vaak doet. Praat erover met hem en vraag hem er open naar. Laat daarin direct merken dat het helemaal oké is wat hij ook zegt en help hem eventueel bij het bedenken (zie hierboven punt 2).
- Maak daarna samen afspraken. Welke afspraken zouden jullie kunnen maken? Hoe zou het kunnen werken? Bedenk van alles en schrijf dit allemaal op. Leuke afspraken, serieuze, gekke – er mogen ook suggesties op staan waarvan je nu al weet dat ze niet zullen werken. Later kies je samen uit welke het beste zijn. Door eerst van alles te verzinnen en dan de beste te kiezen maak je het leuk, kun je samen goed kijken wat voor jullie allebei kan werken en vergeet je geen goede opties. Kinderen zijn meestal heel creatief als je dit zo doet.
Een paar ideeën:
– Hij gaat naar zijn kamer als hij het wil doen.
– Het mag in huis wel als alleen het gezin er is of als hij alleen is.
– Hij doet het gewoon alleen op zijn kamer of ‘s avonds in bed.
– Jullie hangen iets op zijn kamerdeur dat hem herinnert aan de afspraak zodra hij ’s ochtends zijn kamer verlaat.
– Als hij het even vergeet, roepen jullie een codewoord (bijvoorbeeld hoipiepeloi) of een gebaar (op je neus drukken).
– Niemand bemoeit zich ermee alleen papa en mama.
Et cetera - Maak (en noteer) vervolgens samen een plannetje hoe het hem gaat lukken zich te houden aan jullie afspraken. En welke precieze afspraken het worden. Kies de afspraken en aanpak uit die jullie allebei het beste vinden.
Het gaat lukken!
Het is mooi als je hem hierna vertelt waarom jij zeker weet dat het hem gaat lukken dit te leren. Vertel hem eens wat hij allemaal al geleerd heeft wat ook niet simpel was. Vraag hem maar eens hoe hem dat gelukt is. Door veel te oefenen, goed zijn best te doen en met hulp van anderen. Nou, dat is precies hoe het nu ook gaat lukken!
Wij vinden het belangrijk dat kinderen snappen waarom bepaalde dingen zo zijn en dat we samen met kinderen kijken waar gedrag vandaan komt, wat erachter zit en dan samen zoeken naar een oplossing. Zo maak je kinderen (meer) vanuit zichzelf gemotiveerd om ergens aan te werken en niet omdat wij ouders vinden dat dat moet. Bovendien lukt het zo veel beter!
Succes!