Wanneer is een ‘herfstkind’ er klaar voor om door te stromen naar groep 3?
Tot 1986 was het heel duidelijk: kleuters die vóór 1 oktober zes jaar werden, mochten door naar de basisschool en de rest bleef op de kleuterschool. Nu is dat anders. Nu bepalen ouders en leerkracht samen of een kind toe is aan groep 3.
Nieuwe datumgrens?
Officieel is de harde datumgrens dus komen te vervallen. Maar in de praktijk komt het er vaak op neer dat alle kinderen die vóór 1 januari zes jaar worden, in principe naar groep 3 gaan. Natuurlijk blijft het afhankelijk van het individuele kind, maar de informele regel wekt wel de indruk dat als je kind niet mee gaat, het achterloopt. En die indruk wordt nog eens versterkt als scholen bij deze categorie kinderen praten over een ‘verlengde kleutertijd’.
Druk onderwijsinspectie
Verschillende basisscholen geven aan dat zij zich door de onderwijsinspectie onder druk voelen staan om meer kinderen vroegtijdig te laten doorstromen naar groep 3. ‘Waren we in het verleden geneigd om een kind bij twijfel wat langer te laten kleuteren, nu laten we het eerder doorstromen naar groep 3,’ aldus een Brabantse schooldirecteur. De onderwijsinspectie ontkent dat er sprake is van druk.
Hoe het ook zij, het blijft een gegeven dat meer ouders dan vroeger voor de vraag komen te staan of hun relatief jonge kleuter wel of niet door moet naar groep 3. Natuurlijk is het verstandig om daarbij af te gaan op het oordeel van de kleuterleerkracht. Maar het is ook goed om te weten dat verschillende wetenschappers het er niet over eens zijn of je beter lang of kort kunt kleuteren.
Het is daarom goed om je als ouder bewust te zijn van de verschillende voordelen en nadelen van vroeg doorstromen.
Nadelen van (te) vroeg doorstromen
Wanneer je kind aan de vroege kant doorstroomt, zul je jezelf afvragen of het niet té vroeg is. Probeer je daarom goed in te leven in je kind en te kijken of deze nadelen van grote invloed zullen zijn voor zijn of haar ontwikkeling.
Ontwikkelingsachterstand
Volgens ontwikkelingspsycholoog Ewald Vervaet lopen kinderen die te vroeg doorstromen naar groep 3 het risico een ontwikkelingsachterstand op te lopen. Dit komt doordat zij biologisch gezien nog niet klaar zijn om zich bezig te houden met taal en rekenen. Ze verliezen daardoor snel hun interesse en dat bevordert faalangst.
Het kind moet op de tenen lopen en schoolprestaties gaan achteruit. Vervaet trekt deze conclusies op basis van zijn eigen onderzoek dat weer voortborduurt op het werk van de Zwitserse psycholoog Piaget. Hij krijgt bijval van de Groningse hoogleraar Spraak- en Taalstoornissen Sieneke Goorhuis, die ervoor pleit dat we kleuters genoeg tijd geven om zich in hun eigen tempo te ontwikkelen – ergens tussen 4 en 7 jaar.
Overigens is Vervaet het wél eens met de schoolinspectie dat de leeftijd waarop kinderen klaar zijn om te gaan leren lezen en rekenen nogal verschilt. Gemiddeld is dit rond 6,5 jaar, maar het kan ook eerder of later zijn. Er zijn verschillende manieren om dit te testen. Hij waarschuwt dat je je als ouder niet te snel moet laten afleiden door alles wat je kind al kan met letters en cijfers. Vaak zijn dat niet meer dan trucjes – elk begrip ontbreekt. Het zegt niets over de breinrijpheid van je kind.
Altijd de jongste
Als een kind cognitief gezien toe is aan meer lesstof, dan is het nog maar de vraag of het ook op sociaal-emotioneel vlak kan meekomen in een groep met oudere kinderen. Ook dat moeten ouders en leerkrachten in overweging nemen bij de beslissing om een kind wel of niet naar groep 3 te laten gaan. Bedenk verder dat kinderen die nu vervroegd doorstromen al op hun elfde naar de middelbare school gaan. De fysieke verschillen zijn op die leeftijd al groot, maar dan des te meer.
Voordelen van ( te) vroeg doorstromen
Uiteraard zijn er ook voordelen van vroeg doorstromen. Leg ze naast de nadelen en kijk goed waar de behoefte ligt van jouw kind.
Doorstromen is tijdwinst
Niet iedereen is het met Vervaet eens dat kinderen alleen iets nieuws kunnen leren als zij daar biologisch gezien rijp voor zijn. De meest gangbare opvatting onder de huidige ontwikkelingspsychologen en pedagogen is dat kinderen al op heel jonge leeftijd van alles kunnen leren – dus ook lezen en rekenen. Voorwaarde is dat je het ze goed voordoet en veel met ze oefent. In hun ogen is eerder naar groep 3 dus pure tijdwinst.
Effect extra kleuteren wordt betwijfeld
Uit onderzoek van Jaap Roeleveld en Ineke van der Veen van het SCO-Kohnstamm Instituut zou blijken dat het extra kleuteren in groep 2 uiteindelijk geen meerwaarde heeft. Het effect blijkt op korte termijn nog wel gunstig te zijn: de zittenblijvers scoren tot groep 6 beter op taal- en rekentoetsen. Maar in groep 8 is er helemaal geen sprake meer van een voorsprong.
De onderzoekers pleiten wel voor een soepelere overgang naar groep 3, waarbij meer rekening wordt gehouden met de individuele niveauverschillen tussen kinderen. Het huidige onderwijs in groep 3 is vaak te uniform waardoor kinderen die niet helemaal kunnen meekomen buiten de boot vallen.
Test: is mijn kind eraan toe om te leren lezen?
Volgens Ewald Vervaet kun je op een simpele manier bepalen of je kind klaar is voor groep 3. Neem twee (dezelfde) doorzichtige flesjes of glazen en vul die met gekleurde limonade. Een van de flesjes houd je scheef onder een hoek van 45 graden. Vervolgens teken je de lege flesjes op een papier en vraag je het kind de limonade erin te tekenen.
Een kind dat nog niet toe is aan lezen, zal de streep in het schuine flesje niet horizontaal maar schuin of verticaal tekenen. Een kind dat wel toe is aan lezen – de gemiddelde leeftijd is 6,5 jaar – zal de beide lijnen horizontaal tekenen.
Een vergelijkbaar testje kun je doen door een kind drie bomen op een helling te laten tekenen. Tekent het de bomen loodrecht naar boven, dan is zijn brein klaar voor het lezen. Tekent hij de bomen nog schuin op de helling dan moet hij nog even wachten met het leren lezen.
Lees ook:
- Waarom kinderen anno nu nog steeds goed moeten leren schrijven
- Dyscalculie bij je kind: aan deze 10 tekenen kun je het herkennen
- Interview: pedagoog Ingeborg Dijkstra-Verbeek over het nut van een later schooladvies