Jana Witteman Geld 6 jan 2023, 09:12

Leestijd: 2 minuten

Zoveel spaargeld hebben Nederlanders gemiddeld per huishouden

De start van het nieuwe jaar is het voor velen een uitgelezen moment om in de financiën te duiken en meer te sparen. ‘Nieuw jaar, nieuw spaardoel’, kun je denken. Maar hoeveel spaargeld hebben Nederlandse huishoudens eigenlijk gemiddeld?

Hoewel we in het dagelijks leven bijna niet aan geldzaken ontkomen, blijft geld voor veel mensen een taboeonderwerp. Toch zijn we allemaal nieuwsgierig naar hoe veel geld een ander op de spaarrekening heeft staan. Misschien vraag je je wel eens af: is mijn spaarbedrag wel genoeg? Ben ik heel zuinig of is mijn hoeveelheid spaargeld juist heel gemiddeld?

362 miljard euro aan spaargeld in Nederland

Volgens de meest recente cijfers van het CBS hadden huishoudens in Nederland aan de start van 2021 in totaal een bank- en spaartegoed van 362 miljard euro. Een jaar daarvoor was dit nog een bedrag van 329,9 miljard euro.

In de afgelopen jaren zijn Nederlanders steeds meer gaan sparen. Waar er in 2019 nog een stijging was van 5,9 miljard euro, ten opzichte van een jaar eerder, was dit in 2020 een stijging van een kleine 16 miljard euro.

Het gemiddelde spaartegoed per huishouden

Nederlandse huishoudens hebben volgens het CBS een gemiddeld bank- en spaartegoed van 46.300 euro. Toch schetst dit gemiddelde bedrag nogal een vertekend beeld: één op de tien huishoudens had in datzelfde jaar namelijk meer dan 100.000 euro op de bank staan. In de praktijk komt dat neer op 877.000 huishoudens. Een jaar eerder waren dat er een stuk minder. Toen hadden 774.000 Nederlandse huishoudens een tegoed van meer dan 100.000 euro.

De mediaan geeft een beter beeld

Door de grote vermogensverschillen ligt het gemiddelde spaarbedrag relatief hoog. Kijken we naar de doorsnee waarde van het bank- en spaartegoed van Nederlandse huishoudens, dan ziet dat spaarbedrag er behoorlijk anders uit. Dat bedrag (de mediaan) is namelijk gelijk aan 18.200 euro aan spaargeld per huishouden. Dat betekent dat de helft van de huishoudens een kleiner bank- en spaartegoed heeft dan de genoemde 18.200 euro, terwijl de andere helft juist een groter bedrag op de bank heeft staan.

Deze Nederlandse huishoudens sparen het meest

Hoge bedragen op de bank of op de spaarrekening komen vooral voor bij mensen die het voornaamste deel van het inkomen verdienen als zelfstandige of pensionado zijn. Onder de huishoudens die het grootste deel van het inkomen uit hun pensioen halen, heeft 17 procent meer dan 100.000 euro aan bank- en spaartegoeden. Onder huishoudens waar het grootste deel van het inkomen wordt verdiend als werknemer, is dit aandeel een stuk kleiner; onder hen heeft 9 procent een bank- of spaartegoed dat hoger is dan 100.000 euro.

100.000 met een uitkering

Niet geheel verrassend, maar relatief gezien zijn het uitkeringsontvangers die het vaakst een bank- of spaartegoed tot maximaal 2.500 euro achter de hand hebben. Ruim de helft van de huishoudens waarvan een uitkering de voornaamste inkomstenbron is, heeft een spaarpot kleiner dat het genoemde bedrag. Wél opvallend: onder diezelfde groep heeft alsnog 3 procent van de huishoudens meer dan 100.000 euro spaargeld.