‘Een derde kind kun je er nog wel bij hebben’ zeggen ze, maar klopt dat wel?
Het ene gezin voelt zich compleet met twee kinderen, het andere gezin voelt nog dat er een ‘derde’ mist. Toch kan het een grote stap zijn om van twee naar drie kinderen te gaan, al zeggen mensen vaak dat dit wel meevalt.
‘Je hebt toch alle babyspullen al’ of ‘Je hebt er al twee, een derde kun je er nog wel bij hebben’ krijg je te horen van je schoonmoeder, de buurvrouw of zelfs de huisarts. Maar is dat wel zo?
Een derde kind
Laten we voorop stellen, dat je er qua zorgtaken behoorlijk wat werk bij krijgt met een derde kind. Dat ligt er natuurlijk wel een beetje aan hoe oud en zelfstandig de andere twee kinderen zijn, maar je hebt wel drie kinderen in plaats van twee. Dat doe je er dus niet ‘even bij’.
Dan hebben we nog het financiële plaatje. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) kost één kind gemiddeld 15 procent van het besteedbaar inkomen. Als een gezin twee kinderen heeft, is dat gemiddeld 25 procent. Voor drie kinderen is dat 29 procent, en voor vier kinderen is dat 35 procent.
Van twee naar drie kinderen
Volgens deze berekening zou je met een derde kind erbij, per maand 4 procent meer besteden aan de kinderen. In een eenoudergezin zijn de kosten hoger: één kind kost gemiddeld 23 procent, twee kinderen 31 procent, drie kinderen 37 procent en vier kinderen 42 procent.
De extra kosten zitten in dit geval in extra boodschappen en kleding, hoger energieverbruik en extra kinderopvang. En misschien heb je al die babyspullen wel helemaal niet meer, omdat je andere twee kinderen al wat ouder zijn. Die spullen moet je dan weer opnieuw kopen.
Extra zorgtaken
Daarnaast moet je er rekening mee houden dat je er extra zorgtaken bijkrijgt. Dat kan betekenen dat je (tijdelijk) minder gaat werken. Dit is een eigen invulling, het kan natuurlijk ook dat je wel fulltime blijft werken.
Het kan ook gebeuren dat één van jullie minder moet gaan werken, omdat het anders niet uitkomt met kinderopvang, eventuele dokter- of specialistenafspraken, zwemlessen, sport en andere zorgtaken. Het leven met kinderen blijft onvoorspelbaar.
‘Een derde kind kun je er nog wel bij hebben’
Iedereen heeft zijn eigen ervaring met de overgang van twee naar drie kinderen. Je schoonmoeder, de buurvrouw en de huisarts, konden een derde kind er misschien ‘wel bij hebben’, maar als we kijken naar de statistieken valt daarover te twisten.