Vera Guldemeester Persoonlijke verhalen 11 aug 2024, 11:00

Leestijd: 3 minuten

Daniëlle (41) is jaloers op haar eigen puberzoon: ‘Zo’n zorgeloze jeugd heb ik nooit gehad’

Danielle had een slechte jeugd. Haar puberzoon daarentegen, heeft alles wat zijn hartje begeert en dat is soms best moeilijk voor haar: “Ik gun hem de wereld, maar ik had het vroeger zelf ook zo willen hebben.”

“Ik had het vroeger slecht. Ook al had ik lieve ouders en kwam ik aan liefde niets tekort, er was altijd te weinig geld. Mijn ouders hadden niet gestudeerd en hadden slechte banen. En als er een klein beetje geld was, dan vloog het er zo weer uit. Ze dronken alcohol en rookten veel, dus hun prioriteiten lagen ook helemaal ergens anders. 

Nooit op vakantie

Daardoor was er te weinig en vooral ongezond eten. Ook had ik altijd lelijke kledingstukken aan die minimaal al drie keer waren doorgegeven. Als er geen gat in zat, dan was het een wonder. Vanaf mijn twaalfde ging ik iedere zomer bij de boer aan het werk. Daar ging ik bollenpellen om een beetje bij te verdienen. Al dat geld dat ik daar verdiende, ging naar mijn ouders. Soms stopte ik een gulden of twee in mijn zak, om er wat snoepjes van te kopen. De hele zomer werkte ik daar, alles om mijn ouders te helpen. 

In achttien jaar ben ik één keer op vakantie geweest en dan niet met mijn eigen ouders. Ik mocht met een vriendinnetje mee. Toen ik daar een keer was en vertelde dat ik nog nooit op vakantie was geweest, vonden ze dat zo erg. Haar moeder zei direct dat ik die zomer met ze mee kon. Het werd een vakantie om nooit te vergeten. 

Als eerste van de familie studeren 

Na de middelbare school ging ik naar de universiteit. Als eerste van de familie ging ik studeren, of überhaupt een vervolgopleiding doen. Na mijn studie vond ik een goede baan. Ik verdiende al snel drie keer meer dan mijn ouders. Ik was trots, maar ik schaamde me ook een beetje.

Doordat ik na mijn studie altijd een goede baan heb gehad, heb ik mijn ouders altijd gesteund. Ik nam ze mee op vakantie, of boekte er een voor henzelf, ik kocht elk seizoen kleding voor ze en wanneer het moest hielp ik ook met de vaste lasten. 

Zorgeloze jeugd

Nu, jaren later, doe ik dat nog steeds. Ik heb een man en een zoon van veertien, die alles heeft wat hij maar zou willen. Zo’n zorgeloze jeugd heb ik nooit gehad. Ik kreeg nooit wat. Ik vind het wel belangrijk dat mijn zoon ook ziet dat het niet bij iedereen zo is. Ik heb het vaak met hem over mijn situatie van vroeger en ook wil ik dat hij op zijn zestiende een bijbaantje zoekt. 

Jaloers op puberzoon

Ik merk soms dat ik de situatie moeilijk vind. Ik gun mijn puberzoon de wereld, maar ik had het vroeger graag zelf goed willen hebben. Als ik nu terug denk aan mijn jeugd, dan heb ik bijna geen mooie herinneringen. Als ik zie hoe mijn zoon het heeft, drie keer per jaar op vakantie, een nieuwe fiets, sport, altijd mooie kleding, dan weet ik dat hij in zijn handjes mag knijpen.”

* Om privacy-redenen is er een schuilnaam gebruikt. De echte naam is bekend bij de redactie.

Waarom je jeugd zo’n grote invloed heeft op je leven