Column Maria Lee #30: ‘De intern begeleider jaagt Fien in een hoek en schreeuwt’
“De afgelopen maanden stonden in het teken van strijden. Manlief en ik streden tegen zijn ‘demonen’. We overwonnen de crisis, de tegenslagen en pijn. Het duurde even voordat mijn man zijn eigen kracht en doorzettingsvermogen vond. We spraken veel met elkaar, hij vertelde over zijn jeugd, over zijn moeilijkheden of het leven dat soms zo zwaar is. Samen maakten we een crisisinterventieplan zodat hij niet meer in zo’n zelfde crisis terecht zou komen.
Ik maakte een schema waarbij hij elke week een avond meer, thuis kwam eten. Hij groeide per week en op een dag lukte het hem om de kinderen weer naar bed te brengen. Zijn emotionele beschikbaarheid werd groter en zijn humor kwam terug.
Ik richtte me op het positieve, op wat we met elkaar deelden, wat ons ondoorgrondelijk met elkaar verbond. Door juist daar de focus op te leggen, konden we samen door dit proces groeien. Daar waar mensen zeiden: ‘Kies voor jezelf.’ Of: ‘Je hoeft niet bij hem te blijven.’ Richtte ik me op ons gezin, op alles wat we samen al doorstaan hadden, op ons doorzettingsvermogen, want dat zijn we waard. Liefde en ons huwelijk kenmerkt zich niet alleen door de goede tijden die we hadden en hebben, maar juist door hoe we door de moeilijkheden van het leven komen. Hoe we elke keer weer samen uit alle narigheid komen, het doorworstelen van alle negativiteit. En zo elke keer weer uit de schaduw en in de zonzijde van het leven kunnen staan. We zijn er nog niet, maar we kunnen nu al terugkijken op een zware en moeilijke start van het jaar, waarin we heel veel grote stappen gezet hebben. Ik ben trots op mijn man!
Seperatie angststoornis
Fien heeft het sinds begin december moeilijk. Sinds het voorval bij haar oma, is haar angst gegroeid. Ze werd steeds angstiger, bang om naar bed te gaan, bang om naar school te gaan. Fien wil en kan niet zonder mama zijn. Het UMC deed onderzoek, testte haar en kwam met de diagnose separatie angststoornis. Fien krijgt binnenkort cognitieve gedragstherapie, wat haar angst zal doen afnemen. Op school wordt ze gepest, ze zit elke dag huilend onder haar tafel, hoor ik van het UMC. Het verklaart waarom het afscheid op school steeds moeilijker werd. Soms was ik een half uur bezig om haar de klas in te krijgen. Alleen juf Kim kwam me soms helpen en nam het van me over. Ik vroeg een gesprek aan met de intern begeleider, met de juf, Kim en het wijkteam erbij. Om een strategie te bespreken voor het afscheid ’s ochtends. Het was bizar, het gesprek verliep 180 graden anders dan als we daar zaten om over Tom te praten. Men was welwillend en nam de handelingsadviezen maar al te graag aan. Het wijkteam en ik wisten niet wat we meemaakten. Daar waar we eerder op allerlei verzet stuitte, kregen we nu alle medewerking. Maar je voelt het al, niets is minder waar! De praktijk wees anders uit.
Rotschool
De volgende ochtend was de afspraak dat de juf Fien zou opvangen en aan de hand zou meenemen naar de klas. Toen we binnenkwamen stond de juf in de deuropening, ze keek naar ons en draaide zich om en liep weg. Ik had zoals afgesproken, Fien verteld hoe het afscheid zou verlopen. Aan de hand met de juf de klas in. Maar daar stonden we dan op de gang, Fien begon te huilen en klampte zich meteen aan me vast. Op dat moment komt de intern begeleider eraan gelopen. Ze zegt dat ze het van me overneemt. Ik knik en met pijn in mijn hart laat ik Fien achter. De intern begeleider jaagt Fien in een hoek en schreeuwt ‘Of ik doe je jas uit, of jij doet het.’ Fien is bang, heel bang. Gelukkig komt juf Kim op dat moment en neemt Fien in haar armen. ’s Middags als ik Tom en Fien uit school haal, krijg ik het hele verhaal van de kinderen te horen. Fien is boos op mij, hoe kon ik haar daar op die ‘rotschool’ achterlaten? En ja, ik vraag me hetzelfde af. Op het mailtje dat ik stuur naar de intern begeleider met de vraag wat er veranderd is aan de afspraak, krijg ik geen antwoord. Ze doet alsof haar neus bloed. Fien droomt ’s nachts over de intern begeleider, ze droomt dat niet meer bij me kan komen en wordt schreeuwend en huilend wakker.
Meivakantie
Gelukkig start al snel de meivakantie. Misschien komt er dan iets van rust bij beide kinderen. Mijn vermoeden blijkt juist. De kinderen lijken hele andere kinderen. Ze zijn weer vrolijk, Fien durft steeds verder van me af te lopen. Ze durft zelfs verderop te spelen. We zien haar groeien en Tom maakt ook grote stappen. Ondertussen zijn we voor Tom bij het UMC om een traject te starten, zodat hij weer tot leren kan komen. De juf wil en kan geen aanpassingen doen om Tom te helpen bij het vergroten van zijn leervaardigheden. Daar waar ze voor andere kinderen wel uitzonderingen maakt, vind ze dat Tom een knop moet omzetten. De juf zegt dat ze het ontvangen van Fien moeilijk en lastig vindt en vraagt of juf Kim dat op zich wil nemen. Ze wil dat Tom elders leert hoe hij weer in de structuur van school moet komen. De juf weigert een remedial teacher in de klas voor Tom, ze wil ook geen trauma sensitieve deskundige met haar mee laten lopen. Ze weigert zich in te lezen en tenslotte dreigt ze bij de directeur van de school. Dat als Tom na de meivakantie op school komt, zij zich ziek meldt.
Thuisonderwijs
Mijn klomp breekt, maar die van mij niet alleen, want het UMC luistert vol verbazing naar hoe er met onze kinderen wordt omgegaan. Juf Kim is mee en vertelt haar inzichten over de kinderen. Ze ziet de potentie van Tom en ziet ook wat hij nog leren moet. Het UMC stelt vragen, maar de antwoorden die ze krijgen stelt ze vol verbazing dat dit mogelijk is. Ze adviseren ons met klem een andere school te zoeken. Of een kleine reguliere school waar de kinderen mogen zijn wie ze zijn of voor Tom een speciale school waar hij kan zijn wie hij is. Waar rekening gehouden wordt met zijn internaliserende problematiek. Het traject bij het UMC wordt afgewezen omdat zij vinden dat de school niet alles geprobeerd heeft en ‘om een juf die niet wil meewerken gaan wij dit jongetje niet onderwerpen aan een intensief therapeutisch traject.
En dan zitten we thuis op de bank. Mijn lief en ik, met alle ellende die we hebben meegemaakt het afgelopen half jaar, moeten we dit dan ook nog bevechten? Ik kijk Sjoerd aan en zeg met tranen in mijn ogen dat ik de kinderen dit alles wil besparen. Ik wil ze niet meer naar school brengen, ik wil ze gelukkig zien. En dan nemen we een alles veranderd besluit, voorlopig krijgen de kinderen thuisonderwijs. Afgepast op wie ze zijn en wat ze nodig hebben. Totdat we een school vinden die bij hun past. En je vraagt vast af hoe het met ze gaat. Ze doen het fantastisch!”
Column Maria Lee #29: ‘Denk maar aan het plaatje dat mama dood is’