Columniste Brenda: ‘Hij zei: ik wil niet dood, maar ik weet ook niet meer hoe ik moet leven.’ (Deel 3)
Columniste Brenda (51) is moeder van zoon Yens (13). Ze heeft een relatie met Roger die twee dochters heeft (15, 17). In het dagelijks leven is ze ondernemer, maar het allerliefst vertelt ze echte verhalen over haar zoon Yens die net even anders is. Ze doet dit in haar blog Moeder enzo op Facebook of in het tv programma Koffietijd.
Column deel 3: ‘Ik wil niet dood, maar ik weet ook niet meer hoe ik moet leven.’
In het vorige deel vertelde Brenda dat haar zoon van dertien jaar even niet meer wist hoe hij moest leven. Het feit dat hij anders is, zorgt ervoor dat hij veel gepest wordt op school. Haar zoon wil heel graag naar een schoolfeest, maar school raadt haar af om haar zoon te laten gaan. Ze kunnen zijn veiligheid namelijk niet garanderen. Dit kan toch niet waar zijn?
‘De vriendin waar ik die avond op bezoek was, zag de wanhoop in mijn ogen. Wat moest ik doen? Mijn kind teleurstellen door hem – omwille van zijn eigen veiligheid – niet naar het schoolfeest te laten gaan of hem toch zijn zin te geven en erop te vertrouwen dat hij het aankon? Mijn kind was niet bang, maar ik wel. Het voelde alsof ik hem dan voor de leeuwen zou gooien en het idee dat niemand hem zou kunnen beschermen die avond, vond ik vreselijk. Ik begon te huilen.
De woorden van de mentor dat mijn kind soms liever dood wilde zijn, hadden mij keihard geraakt. Het maakte mij niet alleen verdrietig, ik werd ook ontzettend boos, Boos op de mentor die het nodig vond om mij op vrijdagavond voor de vakantie nog even te informeren hierover. Ik weet heus wel dat er nooit een goed moment is voor slecht nieuws, maar nu voelde het of ze dit nog even zei, zodat zij ervan af was in de vakantie. En bovendien belde ze een uur voor aanvang van het feest. Het Halloweenfeest waarvan zij niet wilde dat mijn zoon er heenging, maar waar de pesters wel heen mochten gaan. Dat klopte toch niet?
Een plan
Dat vond mijn vriendin ook en godzijdank kwam zij met een plan. Mijn kind zou niet alleen naar het feest gaan. Wij zouden met hem meegaan. M’n vriendin zag aan mijn gezicht dat het geen goed idee was als ik alleen aan de kant zou gaan staan en dus besloot zij mij te vergezellen. Tot mijn grote opluchting, want ik zag het helemaal niet zitten om alleen te gaan. We belden de school en deze gaf ons toestemming om mee naar binnen te gaan. En zo geschiedde.
Yens slaakte een vreugdekreet en maakte zich op voor het Halloweenfeest. Hij keurde nog eenmaal de spookachtige make-up die hij met zorg op zijn gezicht had aangebracht en trok de bordeauxrode lange jas aan die hij zelf had gemaakt op naailes. Hij zou dus ook nog eens opvallen met zijn uitgesproken uiterlijk, dat was duidelijk. Met pijn in mijn buik vertrokken we naar school. Mijn kind daarentegen straalde en had totaal geen angst. Hoe kon hij zoveel moed hebben?
Hij straalde
Toen we de school betraden, zag ik grote groepen kinderen op de dansvloer staan. Al snel ging mijn kind op in de menigte en waren we hem kwijt. Hoe we ook probeerden hem onopvallend vanaf de kant in de gaten te houden, het lukte ons niet goed. Af en toe zagen we een glimp van hem voorbij komen. Hij straalde en liep fier rechtop. Zijn lange jas wapperde achter hem aan. Je moest wel naar hem kijken. Ik ontspande een beetje en zag dat er ook veel kinderen waren die hem wel leuk vonden. Die lachend met hem praatten of zijn hand pakten om hem de dansvloer op te sleuren, waar hij uit zijn bol ging.
Om elf uur was het mooi geweest (hij is nog maar een brugpieper) en gingen we opgelucht (vooral ik) weer naar huis. Het was ons gelukt en ik was reuze benieuwd of hij het groepje pesters nog had gezien die avond. Het antwoord was ‘ja’. Ze hadden ook nog lelijke dingen tegen hem gezegd, maar hij had zijn humeur er niet door laten verpesten. Mijn vriendin en ik hadden goed opgelet, maar toch hadden we dit irritante groepje niet gezien. Zo zie je maar dat pesten ook vaak onder de radar gaat en plaatsvindt zonder dat je het door hebt. Ondanks dat was ik toch blij dat we waren gegaan en ons niet tegen hadden laten houden door angst. Al helemaal omdat ik nu met eigen ogen heb kunnen zien dat er ook veel leuke kinderen waren. Dat stemde mij positief en mijn vertrouwen kwam weer een beetje terug. Net als mijn strijdlust.
Na de vakantie zouden zijn vader en ik er met gestrekt been ingaan bij school en eisen dat de pesters aangepakt zouden worden. We waren er klaar voor. Na de vakantie waren ze van ons. Maar nu eerst even bijkomen en vakantie vieren…
Meer lezen?
- Columniste Brenda: ‘Hij zei: ik wil niet dood, maar ik weet ook niet meer hoe ik moet leven.’ (Deel 1)
- Columniste Brenda: ‘Hij zei: ik wil niet dood, maar ik weet ook niet meer hoe ik moet leven.’ (Deel 2)