Gina Koninkx Puber 18 apr 2022, 12:39

Leestijd: 5 minuten

Een blowende puber in huis? Dit is de beste manier om ermee om te gaan

Blowen. Voordat jouw puber in aanraking komt met het roken van hasj of wiet, is het belangrijk gesprekken over het gebruik van genotmiddelen tijdig aan te gaan. Helaas kan het alsnog gebeuren dat jouw puber zelf de keuze maakt zijn of haar eerste joint aan te steken, waarna er in het ongunstigste scenario nog vele zullen volgen.

Een blowende puber kan voor grote problemen zorgen, niet alleen voor het kind zelf maar ook binnen het gezin. Dat heeft voornamelijk te maken met de mentale problemen die kunnen ontstaan wanneer je blowt. Maar ook ruzies hierover met je kind kunnen leiden tot spanningen thuis. Wij hebben een aantal handvatten voor je op een rij gezet om om te leren gaan met blowende pubers.

Blowen

Het roken van een sigaret met hasj of wiet noemen we blowen. Hasj en wiet staan ook wel bekend onder de namen cannabis en marihuana. Dit is na alcohol de meest gebruike drug onder jongeren, want dat het om een drug gaat, daar is geen twijfel over mogelijk. Blowen kan grote gevolgen hebben voor je kind. Het is daarom belangrijk gesprekken over blowen tijdig aan te gaan, liefst voordat jouw kind 13 jaar is. Vanaf deze leeftijd gaan kinderen steeds meer experimenteren en je wilt ze voor die tijd hebben ingelicht over de gevaren van o.a. blowen.

In Nederland hebben we een apart drugsbeleid. Maar wat staat er precies in de wet over blowen? Er wordt geen leeftijd genoemd waarop je mag gaan blowen, wél is het verboden om onder de 18 jaar drugs bij je te hebben en om drug te kopen en te verkopen. Dit betekent dat kinderen onder de 18 jaar geen drugs bij zich mogen hebben en dus ook geen joint. Toch is blowen voor veel jongeren bekend terrein, zo blijkt uit de cijfers van het Nederlands Jeugdinstituut:

“In 2019 zegt ruim 10 procent van de middelbare scholieren van 12 tot en met 16 jaar ooit cannabis te hebben gebruikt. Cannabisgebruik stijgt met de leeftijd. Het grootste aandeel ooit-gebruikers bestaat uit 16-jarigen: bijna 26 procent heeft ooit cannabis gebruikt.”

Reden genoeg dus om de alarmbellen te laten rinkelen. Wat kan jij als ouder doen als je puber blowt?

1. Praat met je puber

Natuurlijk is het áltijd belangrijk dat je met je puber praat, en in dit geval ook over de gevaren van genotmiddelen. Liefst nog voordat hij/zij er mee in aanraking komt. Over blowen kan je de volgende zaken met je kind bespreken.

Het brein van kinderen blijft zich ontwikkelen tot het vierentwintigste levensjaar, dat betekent dat het gedurende deze ontwikkelingsperiode kwetsbaar is voor genotmiddelen zoals alcohol en blowen. Dit kan er namelijk voor zorgen dat het brein zich niet meer optimaal ontwikkelt.

Ook kunnen er mentale problemen ontstaan door blowen en die kans is vele malen groter als je op vroege leeftijd al begint met blowen en die kans wordt nóg groter als je vaak hasj of wiet gebruikt. Mentale problemen die direct kunnen worden gelinkt aan blowen zijn paniekaanvallen, depressies maar ook stoornissen als schizofrenie.

Vaak zien we dat jongeren die blowen op school ook stukken minder presteren. Ze komen met lagere cijfers thuis, spijbelen vaker dan niet-blowers en hebben een gebrek aan motivatie. Ook zorgt het blowen ervoor dat hun persoonlijke ontwikkeling anders verloopt. Ze kunnen minder omgaan met problemen die op hun pad komen en doen aanzienlijk minder moeite hun doelen te bereiken. Ambitie ontbreekt en er kan dan ook worden gesteld dat blowende jongeren minder ver komen in het leven dan wanneer ze niet hadden geblowd.

Bovenop dit alles is blowen ook nog eens hartstikke verslavend. Stuk voor stuk serieuze waarschuwingen voor jouw puber om die joint niet aan te raken.

2. Stel grenzen

Als ouder heb je het recht om grenzen te stellen voor je kind. Uiteraard horen er ook consequenties bij als je kind zich niet aan jouw regels houdt. Het is aan jou om te bepalen wat deze regels precies zijn en welke consequenties daarbij horen.

3. Geef het goede voorbeeld

Hoewel voor velen vanzelfsprekend, zetten we hem toch maar in het lijstje: geef zelf het goede voorbeeld aan je kind. Blow dus niet en als je hier wel behoefte aan hebt doe dit niet in de omgeving van je kind. Het is geen slecht idee om jouw eigen ervaringen te delen, maar prijs het nooit aan. Vertel dat je het zelf ook ooit hebt geprobeerd en er hartstikke ziek van bent geworden en dat je daar je lesje van hebt geleerd.

4. Werk (altijd) aan een goede band

Wees altijd een warme, liefdevolle en begripvolle ouder. Daar kom je ver mee. Je kan het nooit helemaal tegengaan als jouw kind zelf graag wil experimenteren – dit hoort nou eenmaal ook bij de leeftijd. Zorg ervoor dat je band met je kind goed is, bespreek tijdig de gevaren van genotmiddelen maar wees ook bereikbaar en luister naar je kind als hij/zij wil vertellen dat hij al eens een joint heeft geprobeerd.

Wordt niet meteen boos maar vraag door: met wie was je? Waarom wilde je het zo graag proberen? Wat vond je ervan? Luister aandachtig naar je kind en voorzie het van jouw advies (en regels). Als je merkt dat het probleem groter wordt of al groot is, trek dan altijd aan de bel. Dit kan vaak op school maar ook bij verschillende instanties, zo geeft het Nederlands Jeugdinstituut bijvoorbeeld ook advies over pubers die blowen en hoe je hiermee om moet gaan.