8x dit kun je beter niet zeggen als je kind een driftbui heeft (+ alternatieven)
Elk kind heeft wel eens een woede-uitbarsting. Wat doe je als je kind zo’n driftbui heeft? Het helpt in elk geval om de juiste woorden te gebruiken. Hier een aantal dingen die veel ouders zeggen als reactie op het gedrag van hun boze kind, maar die beter op een andere manier gezegd kunnen worden.
We weten het, de theorie is altijd makkelijker dan de praktijk. Toch kun je jezelf er maar beter in trainen om deze dingen niet meer te zeggen als je kind een driftbui heeft, en in plaats daarvan een alternatief te gebruiken.
Dit kun je beter niet zeggen als je kind een driftbui heeft
Met deze uitspraken maak je het waarschijnlijk alleen maar erger, dus kun je beter kiezen voor een andere formulering.
1. “Stop met dingen gooien!”
Zeg liever: “Waarom ben je met je speelgoed aan het gooien? Vind je het niet leuk om ermee te spelen of is er iets anders aan de hand?”
Op deze manier bied je je kind een luisterend oor en geef je hem het gevoel dat je daadwerkelijk geïnteresseerd bent. Zo leert je kind zijn gevoelens te uiten op een rustige manier in plaats van door kwaad te worden.
2. “Je bent echt te oud voor dit gedrag!”
Ook grote kinderen en volwassen zijn soms verdrietig of kwaad. En dat is heel normaal. Door dit te zeggen, krijgt je kind het idee dat dit niet zo is en dat hij zijn emoties moet weg stoppen. En dat is geen goed idee. Niet zeggen dus.
3. “Hou op, niet slaan!”
Zeg liever: “Het is niet erg om boos te zijn, maar je mag niet slaan. Zo kun je iemand pijn doen of iets kapot maken.”
Ook hier geldt dat je kind moet leren dat emoties tonen helemaal niet erg is, maar dat er actief of fysiek op reageren wél erg is.
Drie redenen waarom je de driftbui van je kind niet moet negeren
4. “Doe niet zo moeilijk!”
Zeg liever: “Dit is lastig, hè? Het komt wel goed. Ik help je.”
Wanneer kinderen hun hakken in het zand zetten en niet meer voor rede vatbaar zijn, is het belangrijk om samen uit te zoeken waar dit vandaan komt. Hierdoor voelt je kind dat jullie samen een team zijn en samen werken naar hetzelfde doel.
5. “Eet je bord leeg of je gaat zonder eten naar bed!”
Zeg liever: “Heb je genoeg gegeten of vind je het niet lekker? Laten we kijken hoe we dit op kunnen lossen.”
Een kind dwingen z’n bord leeg te eten terwijl hij vol zit, is geen goed idee. Kinderen moeten juist leren dat ze zich niet moeten overeten en stoppen als ze voldaan zijn. Ook is een kind dwingen om iets op te eten dat hij echt niet lekker vindt, onverstandig. Leer je kind liever om te zoeken naar een oplossing, bijvoorbeeld drie hapjes van de dingen die hij eigenlijk niet wil eten en de rest mag hij dan laten staan.
6. “Stop met zeuren!”
Zeg liever: “Ik hoor je. Hoe kunnen wij het oplossen, denk je?
Ook hier leg je de verantwoordelijkheid voor een oplossing bij je kind neer. Wanneer je kind aan het klagen is over een bepaalde situatie, vraag hem dan om na te denken over oplossingen.
7. “Hou op met steeds nee zeggen!”
Zeg liever: “Ik hoor dat je ‘nee’ zegt en begrijp dat je geen zin hebt om dit te doen. Laten we samen proberen om uit te vinden wat we dan anders kunnen doen.”
Nu weet je kind dat hij wordt gehoord en jij zijn ‘nee’ erkent, waardoor de situatie de-escaleert.
8. “Ik wil je niet meer horen!”
Zeg liever: “Ik weet dat je het niet wilt, maar vertel eens rustig waarom.”
Op deze manier weet je kind dat hij met jou kan praten als hem iets dwars zit, over wat dan ook. Zo leert je kind met zijn emoties om te gaan.
Tip van orthopedagoog Marielle Beckers
Het is goed om je bewust te zijn van je woordkeuze, maar verwacht niet dat je je kind echt kunt opvoeden als hij een echte driftbui heeft. Hij is dan als het ware tijdelijk ontoerekeningsvatbaar, Het beste wat je kunt doen, is je kind even laten uitrazen en troosten op het moment dat hij het weer toe laat. Kortom, om even helemaal niets te zeggen. Als je te vroeg in gesprek probeert te gaan, zal je kind alleen maar bozer worden. Is je kind ‘gewoon’ boos of rustig, gebruik dan bovenstaande zinnen. Maar let op; ga hier ook niet te lang over door.
Een kind met driftbuien? Hier een driestappenplan voor ouders