Ria raakte door haar zoon al haar geld kwijt: ‘Je eigen kind zou zoiets toch nooit doen?’
Soms kun je elkaar als familie nog zo goed kennen en elkaar denken tot in het diepst te kunnen vertrouwen, maar dat blijkt niet altijd waar te zijn. Zo zie je maar weer; hoe close je ook bent, je doet er altijd goed aan om zaken volledig vast te leggen. Dat weet ook Ria*.
Met familie moet je wel wandelen, maar niet handelen…
Door onze zoon zijn we ons geld kwijt
Ria: “Ruim 47 jaar geleden begon ik samen met mijn man een ambachtelijk bedrijf. We hebben twee zonen, van wie de jongste altijd zei dat hij later het bedrijf wilde voortzetten. Hij wilde, zo klein als hij was, altijd meehelpen en had er ook feeling voor. Hij volgde de ambachtsschool, haalde zijn diploma en werkte ondertussen mee in het bedrijf.
Vader en zoon vormden een goed op elkaar ingespeeld team, het was fijn om samen mooie dingen te maken. Mooie tijden! In 2008 werd mijn man ernstig ziek en besloot hij dat het tijd werd om te stoppen en te gaan genieten.
Junior stond in de startblokken om de zaak voort te zetten. Zijn vrouw was niet zo enthousiast, maar toen ze met hem trouwde, vertelde hij haar dat dit in de toekomst zou gebeuren.
Goede wil?
Hij kocht het bedrijfspand met woning en zijn eigen huis ging in de verkoop. Wij trokken in een huurappartement. Wat na de aflossing van de hypotheek van het woon-bedrijfspand overbleef, was onze aanvulling op de AOW. Zelfstandigen bouwen geen pensioen op.
Voor de inboedel van het bedrijf zoals machines, voorraad materialen, kantoorinrichting en ook de bestelbus werden twee nota’s gemaakt. ’Goodwill’ (in geld uitgedrukt niet tastbaar vermogen van een onderneming) hebben wij niet in rekening willen brengen, hoewel dat zakelijk gezien normaal is. Ach, het was onze zoon. We zetten alles op papier, in het volste vertrouwen dat het in orde zou komen.
Omdat hij met een dubbele hypotheek zat, spraken we af dat hij zou gaan aflossen zodra het huis zou zijn verkocht.
Waarschuwingen
Onze accountant waarschuwde dat hij zijn beloftes weleens niet zou kunnen nakomen. Hij raadde ons aan naar de notaris te gaan om een en ander op papier te zetten. Wij sloegen die goede raad in de wind. Je eigen kind zou zoiets toch nooit doen?
Ik hoopte af en toe nog te kunnen bijspringen, maar dat was niet nodig. Als ik langskwam, voelde ik me te veel. Het contact was niet echt gezellig meer, vooral veroorzaakt door zijn vrouw, onze schoondochter.
Toen de zaak 40 jaar bestond, nodigde hij ons en zijn broer met zijn gezin uit om dit heuglijke feit te vieren. Onze schoondochter negeerde ons totaal. We ontmoetten oude opdrachtgevers en klanten, dat deed ons goed!
De huizenmarkt stortte echter in en het duurde zeven jaar voordat er eindelijk een koper voor zijn huis was gevonden.
Over de verkoop hoorden wij van kennissen; hij nam niet de moeite ons zelf op de hoogte te stellen. Dat deed zijn vrouw in een mail van maar liefst 10 A’4tjes. De vloer werd met ons aangeveegd. Er deugde niets van ons. Wij waren en zijn er kapot van.
Het geld is op
Wij konden naar ons geld fluiten! Ze hadden geen geld (niet waar!) en van een kale kip kun je niet plukken… Bovendien was het van de gekke dat wij onze zoon geld vroegen. Dat hoorde niet, je hoort je bedrijf gewoon weg te geven! Wij waren ontaarde ouders!
Door al deze ellende hebben wij onze kleinkinderen niet meer gezien. We zijn inmiddels wel naar de notaris gegaan, maar met een andere reden. Wij hebben spijt dat we destijds niet naar de accountant hebben geluisterd!”
*Deze naam is vanwege privacyredenen gefingeerd. De echte naam is bekend bij de redactie.